donderdag 26 juli 2012

3e Vereniging

Dankzij de zomerwarmte van laatste dagen zijn veel mensen sneller gepikeerd dan anders. Anderen maken, dankzij hun vakantie, dankbaar gebruik ervan om iets op papier te zetten. Ik dus ook.

Naar aanleiding van de gebeurtenissen bij de NVSWH suggereerde een lezeres van een forum, mogelijk ook van dit weblog, dat dat mogelijk de oprichting van een derde rasvereniging voor de Saarlooswolfhond zou kunnen zijn.
Het is niet te hopen en voor zover mij bekend zijn er ook totaal geen plannen voor. Het ras is niet gebaat bij meerdere rasverenigingen, daar is het in omvang te klein voor.
Ten aanzien van de Saarlooswolfhond zelf, en dan bedoel ik de raszuivere, heeft ook de avls eigenlijk geen bestaansrecht. Oke, die club is erkend als vertegenwoordiger voor de SWH, maar wees eerlijk. Hoeveel raszuivere Saarlooswolfhonden vertegenwoordigt die vereniging. Gelet op de vele ingekruiste honden van andere rassen is dat minimaal. Eigenlijk had men de naam bij de oprichting moeten aanpassen in "algemene vereniging van liefhebbers van Saarlooswolfhond look-a-likes (avlsl)" of "algemene vereniging van liefhebbers van honden lijkend op de Saarlooswolfhond (avlhls)". Dit laatste speciaal voor die mensen die het Engels niet goed machtig zijn.

Want laten we eerlijk wezen. De NVSWH zal, zo wordt continue verwoord, niet met de avls gaan samenwerken. De avls wenst dat wel. Logisch. Neem nu alleen de opleiding die een rasvereniging moet verzorgen voor die mensen die keurmeester voor de Saarlooswolfhond willen worden en een volledig examen moeten afleggen. Hoe is men van plan die opleiding te verzorgen? De NVSWH heeft jarenlange ervaring met deze opleiding en heeft velen succesvol opgeleid tot rasspecialist voor de Saarlooswolfhond. De avls heeft nog nooit iets dergelijks georganiseerd. Is hen niet kwalijk te nemen, omdat sinds haar erkenning zo'n opleiding niet gevraagd is. De Raad echter wenst dat beide verenigingen samen die opleiding verzorgen. Dat zal niet lukken.
Zoals geschreven is zo'n opleiding verzorgen voor de NVSWH geen probleem, hoewel het vertrek van dhr. Pielanen natuurlijk een enorme aderlating is vanwege zijn gigantische kennis van dit ras. Dus moet dhr. Verbeeck dit overnemen. Laten we erop vertrouwen, dat hij daartoe in staat is. Tenslotte is hij bij vorige opleidingen ook altijd aanwezig geweest en was er ook altijd een keurmeester/rasspecialist aanwezig geweest, die een deel van de opleiding voor zijn rekening nam. Voor de avls is zo'n gezamelijke opleiding verzorgen natuurlijk een uitgelezen kans er achter te komen hoe een dergelijke opleiding eruit dient te zien.

Hoe denkt echter de avls dit te gaan doen in de toekomst.
Kennis van de Saarlooswolfhond om verantwoord een opleiding te verzorgen is bij die vereniging niet aanwezig. Die 'stukkiesschrijver' hoeft men niet te vragen als docent, want die heeft een gruwelijke hekel aan tentoonstellingen en zal dus zeker niet bereid zijn keurmeesters voor die verderfelijke evenementen op te leiden. De voorzitter? Nee, die speelt alleen maar voorzitter maar uitgebreide kennis is er niet. De secretaris? Nee, die kent dit ras nog maar heel kort. Aha, zult u roepen. Er is toch nog een bestuurslid, de dochter van! U heeft gelijk. Alleen ........., die werkt of werkte zo nauw samen met die, in mijn ogen rasverknoeister uit Frankrijk, dat ik me niet kan voorstellen dat zij een Saarlooswolfhond van een Tsjechoslowaakse Wolfhond weet te onderscheiden, een kruising van beide rassen of een kruising met een wolfhybride. Voor dit laatste verwijs ik alleen maar naar wat op internet geschreven is over Skog en Skrim, te weten dat de afstamming aan alle kanten rammelt zoals ook de fokker klaarblijkelijk heeft laten weten. Nogmaals, dit komt van internet van iemand die zegt het te weten. En is die genoemde mevrouw niet kortstondig eigenaar geweest van één van deze genoemde honden en heeft zij die niet ingezet voor de fokkerij? En heeft zij niet nauw contact met die fokker uit Noorwegen, die zgn. keurmeester van de avls? Die man waar die dubieuze honden vandaan komen? Vooral wanneer je de foto's van die honden bekijkt, zie je gelijk al dat er geen greintje Saarlooswolfhond in zit.
Wat blijft dan over.
De Raad van Beheer. Nou, dan hoef je helemaal niets te verwachten. Dat is die instantie die met regelmaat tegen haar eigen regels en die van de FCI ingaat. In dit geval tegen de regel dat men voor de Nederlandse rassen altijd examen moet doen wil men voor die rassen keurmeester worden of bijvoorbeeld groepskeurmeesters. Loopbaan traject of niet. Ben je mal. Omdat men voldoende rassen uit rasgroep 1 mag keuren benoem je twee keurmeesters ook gelijk voor de Saarlooswolfhond. Zonder dat zij examen gedaan hebben. Wat maakt het uit.
Dus wie van de Raad moet die opleiding verzorgen?

Dit is dus het dilemma van de Raad met, in dit geval 2 rasverenigingen voor één ras. Hoe denkt men dat te doen met drie verenigingen voor één ras, zoals bijvoorbeeld de Zwitserse Witte Herder. Wat als die drie verenigingen ook niet door één deur kunnen. Wie moet daar dan keurmeesters gaan opleiden. Wat dan te denken bij die rassen waarvan er nu al vijf verenigingen zijn.
Als u het antwoord weet, hou ik me daarvoor aanbevolen.

In ieder geval kan ik me het niet voorstellen dat vanuit de NVSWH een 3e rasvereniging gaat ontstaan.
Veel meer ben ik benieuwd hoeveel leden zich bij het bestuur aanmelden als kandidaat voor een bestuursfunctie. Als u die 14e Nieuwsbrief, die sinds kort op de website van de NVSWH staat, goed leest gaat het bestuur uit de liefhebbers een voorselectie plegen die zij als kandidaat bestuurslid willen voordragen op de BALV in september. Een selectie die toekomst gericht is. Als het bestuur de aanmeldingen serieus neemt, zullen deze liefhebbers toch over kynologische kennis en interesse moeten beschikken en in het geval van de kandidaat voor het secretariaatschap ook over de nodige kennis van andere talen dan het Nederlands. Over de kennis van het Nederlands maar niet te spreken, want dat is logisch. Niet waar! Alleen is het bestuur vergeten deze voorwaarden in de nieuwsbrief op te nemen. Omdat bovendien vlak voor afgelopen ledenvergadering de kandidatuur van mevr. in 't Veld niet langer ondersteund werd door het bestuur geldt ongetwijfeld voor toekomstige bestuursleden dat kynologische kennis niet gewenst is. Ook affiniteit met de kynologie is niet gewenst. Nee, stel je voor. Kynologische kennis! Dan zet zo iemand toch gelijk de overige bestuursleden in een bepaalde vloeistof, want bij hen ontbreekt alle kynologische kennis. Dat is al gebleken. Stel dat je een secretaris krijgt met uitgebreide kennis omtrent regelgeving, SWH, Kynologie in de ruimste zin van het woord. Dat zou dan inhouden dat een zeker bestuurslid niet langer met de voorzitter mee mag gaan naar vergaderingen. Zoals eerder gemeld, niet omdat hij snapt waar het over gaat, maar omdat het mogelijk is met twee personen zo'n bijeenkomst te bezoeken. Dan ben je niet langer belangrijk binnen het bestuur, in eigen ogen wel te verstaan.
Ik vergeet echter één ding te vermelden. Slechts de voorzitter wordt rechtstreeks door de algemene ledenvergadering op voordracht verkozen en benoemd. De overige functies worden door de (nieuwe) bestuursleden zelf verdeeld. Dit alles conform de artikelen 10 en 11 van de statuten van de NVSWH. Het wordt interessant als de criteria bekend gemaakt worden aan welke eisen met moet voldoen om een bepaalde bestuursfunctie te bekleden.
Of dit helemaal goed gaat komen zal de tijd leren. Wat wel interessant wordt, is of het bestuur bereid is de ledenlijst beschikbaar te stellen aan die leden, die met steun van anderen zich kandidaat willen stellen. Die dus niet afhankelijk willen zijn van de gedoogsteun vanuit het bestuur.

Trouwens, ik heb van de webmaster van de NVSWH vernomen dat die nieuwsbrieven op verzoek van het bestuur geplaatst zijn. Jammer genoeg heeft het bestuur het niet nodig gevonden de brief van dhr. Pielanen te laten plaatsen. Eigenlijk logisch vanuit hun standpunt, maar wel een gemiste kans in het kader van de openheid.

Tot slot. Ik heb het al eerder geschreven. Dhr. Strijk heeft dus op zijn weblog gemeend te moeten reageren op de gebeurtenissen bij de NVSWH. Ik heb ook eerder geschreven, dat hij niet helemaal begrepen heeft wat er aan de hand is. Nog één ding waarbij hij de plank volkomen misslaat. Nergens staat dat het verboden is dat de voorzitter een dubbelfunctie heeft. Dus in de tijd van dhr. Pielanen dat deze zowel voorzitter als penningmeester was. Wat niet toegestaan is, is dat de voorzitter gelijktijdig secretaris is. Dus eerst controleren voordat u wat schrijft, hoewel dat
waarschijnlijk een utopie is.

Tenslotte, het is wettelijk gezien geen probleem wanneer een persoon gedurende bijvoorbeeld 30 jaar een en dezelfde functie binnen een bestuur van een vereniging bekleedt zolang hierover niets in de statuten is opgenomen. Dit komt bij veel meer verenigingen voor en wordt vaak in de hand gewerkt door gebrek aan liefhebbers voor een bestuursfunctie of doordat de leden vinden dat die persoon zijn taak tot volle tevredenheid vervult.

dinsdag 17 juli 2012

Oorlog en Vrede, deel 3

Deze titel is niet helemaal correct, maar dekt deels de lading. Liever had ik een ander onderwerp aangehaald, maar zekere gebeurtenissen dwingen tot iets anders.

Afgelopen weken, dus de periode na die beruchte Algemene Ledenvergadering is het redelijk stil gebleven rond de NVSWH. Wel heeft het zittende bestuur gemeend eerst iedereen die op de lijst staat voor de Nieuwsbrief middels e-mail, op de hoogte te stellen van de gebeurtenissen. Vervolgens is dezelfde informatie via een brief aan de leden verstuurd. Vervolgens wordt Nieuwsbrief nr. 14 verzonden, die ook weer gelijktijdig via de post naar alle leden verzonden werd. Ik ben bang dat het bestuur krampachtig met de tijd mee wil en persé een e-mail wilde doen uitgaan. Bewust schrijf ik krampachtig, omdat, zoals geschreven, dezelfde informatie ook via de post verzonden werd. Omdat klaarblijkelijk niet veel leden zich aangemeld hebben als belangstellende voor de Nieuwsbrief had had men die e-mail beter achterwege kunnen laten. Waarom de leden iets dubbel toesturen. Dit kan er alleen toe leiden, dat de leden moe worden van alles wat het bestuur toestuurt en het, mogelijk zelfs zonder te lezen, in de digitale prullenbak dumpen of bij de oude kranten gooien. Ondanks dat ik van de jongere generatie ben, kan ik dit niet echt begrijpen. Het zal wel bij die zogenaamde 'openheid' horen die de huidige bestuursleden zeggen na te willen streven.

In die Nieuwsbrief, dus ook in die tweede brief, roept het bestuur leden op zich aan te melden als liefhebber voor een bestuursfunctie, uiteraard voorzien van een motivatie. Het bestuur krijgt dan de gelegenheid uit de aanmeldingen de in hun ogen geschikte personen kandidaat te stellen. Maar ...... er is toch ook de mogelijkheid voor een ieder zich kandidaat te stellen met steun van tenminste 20 leden? Hoe gaat het bestuur dat oplossen? Volgens de statuten moet er dan tijdens die BALV op 30 september schriftelijk gestemd worden omdat er dan een kandidaat is die mogelijk niet door het bestuur gewenst is. Stemmen bij acclamatie is dan namelijk niet mogelijk. Het is dan wel te hopen dat de kandidaten over de benodigde kynologische kennis beschikken.

Naar aanleiding van deze informatie vanuit het bestuur heeft dhr. Pielanen gemeend zijn kant van het verhaal aan de leden kenbaar te maken. Voor zover ik begrepen heb, aan een deel van de leden als bijlage bij een e-mail en aan de overige leden per brief.
Wat hij schrijft is duidelijk. Laten we de tegenstellingen binnen het bestuur buiten beschouwing, dan nog klopt een groot deel van de actie door het bestuur ondernomen niet. Tenminste, dat is uiteraard mijn mening. Anderen zullen ongetwijfeld een andere mening toegedaan zijn en dat is natuurlijk hun goed recht. Ik heb alleen begrepen, dat sommige leden slechts één kant van het verhaal willen kennen en niets van de beweegredenen van de andere partij willen weten. Kortzichtig en dus met oogkleppen op.

Via via heb ik nog wat leesvoer binnen gekregen. Een bijdrage van dhr. Strijk op zijn eigen weblog maakt duidelijk dat ook hij nog wat wil zeggen of schrijven over de gebeurtenissen bij de NVSWH. Zoals gewoonlijk heeft hij geen idee waar het over gaat, maar hij moet toch interessant of belangrijk overkomen.
Allereerst haalt hij gebeurtenissen uit 1981 aan. Zoals eerder geschreven heb ik geen idee wat er toen heeft plaatsgevonden, maar volgens mij was er toen heel wat anders aan de hand. Sterker nog, ondanks de bewering ooit gedaan door dhr. Strijk dat hij een gerechtelijke uitspraak heeft die betrekking heeft op gebeurtenissen uit die periode, kan ik nogmaals duidelijk maken dat hij dit verhaal uit zijn grote duim heeft gezogen. Er is namelijk nooit een rechtzaak, kort geding, of iets dergelijks geweest. Er kan dus geen uitspraak zijn. Maar dat wist u allang.

Terug naar het heden. Dhr. Strijk heeft van een kennis een aantal brieven ontvangen met betrekking tot de gebeurtenissen bij de NVSWH. Hij schrijft zelfs over privé brieven, onder andere van dhr. Pielanen zelf.
Dat riep toch vragen op bij mij, aangezien het bestuur twee brieven en één e-mail verzonden heeft en dhr. Pielanen slechts één brief. Tenminste, dat is bij mij bekend. Dus heb ik contact opgenomen met dhr. Pielanen om te vragen hoe dat zit. Zou hij meerdere brieven over deze zaak verstuurd hebben, dan is het raadselachtig dat niet ieder lid die brieven ontvangen heeft.
Dhr. Pielanen was heel duidelijk in zijn antwoord en ik mag het hier bekend maken.
Ik citeer hem:
"Met uitzondering van de brief die ik afgelopen vrijdag, 13 juli, aan de leden verzonden heb, bied ik dhr. Strijk voor iedere andere brief die ik met betrekking tot de laatste gebeurtenissen rond mijn persoon en het bestuur van de NVSWH verzonden heb, € 1000,00 per brief die hij kan overleggen. Nadrukkelijk uitgesloten zijn uiteraard de brieven die ik aan leden gestuurd heb in verband met hun betalingsachterstand van de contributiegelden".
Dat is nogal wat. Dan moet je toch heel zeker zijn van je zaak. Dus mijnheer Strijk, plaats die brieven op uw weblog of stuur ze via de mail aan mij, dan plaats ik ze wel. € 1000,00 per brief is nogal wat voor iemand die van een WAO'tje moet rondkomen en een aantal jaren geleden, zoals bleek op een hondenforum, een in mijn ogen ordinaire bedelactie op touw zette om zijn honden een oogonderzoek te laten ondergaan. Nu kan het op kosten van de dhr. Pielanen, dus zou ik daar gelijk gebruik van maken.
Uit de titel van uw weblog maak ik op dat u van plan bent uw artikeltje genaamd "Dit artikel over de NVSWH is maar even tijdelijk" snel weer te verwijderen van uw weblog.
Want echt duidelijk is die titel niet, trouwens ook de rest van het artikel getuigt weer van de 'Strijkeriaanse' schrijfstijl: vooral onsamenhangend. Want wat bedoelt u nu eigenlijk met "even tijdelijk"? Blijft dit artikel maar even geplaatst, is het slechts tijdelijk geplaatst of is het even tijdelijk, dus permanent? Graag wat duidelijk zijn. Dus als die brieven door mij geplaatst worden, bent u ervan verzekerd dat ze voor iedereen beschikbaar blijven.

In dat artikel heeft dhr. Strijk het over egotripperij van man en vrouw. Ik neem aan, dat hij hiermee dhr. en mevr. Pielanen bedoelt. Nou, dan heb ik nieuws voor u. Die egotripperij blijkt bij een deel van het huidige bestuur te bestaan. Tenminste als ik alle berichten moet geloven, die mij de laatste weken toegezonden zijn. Er is veel meer aan de hand dan iedereen voor mogelijk houdt. Het begint er zelfs naar uit te zien, dat het bestuur mevr. in 't Veld helemaal niet als secretaris wilde inhalen. Ondanks alle toezeggingen door de voorzitter.
Dat het bestuur verjongd wordt, is een goede zaak. Maar als dat inhoudt dat kennis over het ras en de kynologie buiten spel gezet wordt, ben je verkeerd bezig. Want, buiten de kynologische kennis van de voorzitter, is er niemand binnen het bestuur die kennis van zaken heeft.
Ja, dhr. v.d. Geer is bruikbaar voor het organiseren van feesten en partijen. Ja, mevr. Minten is ongetwijfeld goed in haar vak PR en Communicatie. Ja, mevr. van Onna is goed in het notuleren van vergaderingen. Maar bij alle drie ontbreekt de dringend noodzakelijke kynologische kennis. Mevr. van Onna schijnt zelfs afgelopen ALV toegegeven te hebben, dat de kynologie haar niet boeit.
Dhr. v.d. Geer gaat daarom met de voorzitter mee naar vergaderingen met de Raad en Rasgroep 1, maar, zo is mij ter ore gekomen, begrijpt veelal niet waar het over gaat. Dus met frisse wind zal het dan niet zo'n vaart lopen.

Wil je daadkrachtig zijn als bestuur, dan roep je het fenomeen "dagelijks bestuur" weer in het leven. Met drie mensen is het veel makkelijker een vergaderdatum te plannen. Dringende kynologische kwesties kunnen dan direct besproken en behandeld of afgehandeld worden. Op het moment dat je, zoals dhr. Pielanen in zijn brief schrijft, gaat praten over het aantal tenten dat mee moet naar evenementen roep je de overige bestuursleden erbij.
Het bestuur heeft toch zelf toegegeven dat het met vijf man moeilijk is een datum te prikken voor een bestuursvergadering. Hoe moet dat dan met 7 bestuursleden, waar men naar toe wil?
Leg mij dat maar eens uit.

zaterdag 7 juli 2012

Betrouwbaar

Wanneer je gegevens van of over honden wilt gebruiken om onderzoeken te starten, dienen die gegevens natuurlijk betrouwbaar te zijn.
Laten we een voorbeeld nemen. Wanneeer je wilt weten in welke mate een bepaalde aandoening door de populatie verspreid is, moet je van de honden in je populatie weten of zij die aandoening bij zich dragen. Welke aandoening maakt niet uit als maar overduidelijk in je overzicht blijkt welke hond welke aandoening heeft.
Een bekend gezegde is: "meten is weten, maar je moet wel weten wat je moet meten".

Dit klinkt natuurlijk heel bekend. Alleen vergeet iedereen, zo lijkt het althans, de
betrouwbaarheid van de gegevens. Op het moment dat die gegevens niet meer betrouwbaar zijn, kan je alle onderzoeken en onderzoeksresultaten op de brandstapel gooien. Omdat brandstapels in sommige delen van Nederland alleen toegestaan zijn rond Pasen, dan worden ze gemakshalve paasvuren genoemd, gooien we die resultaten in de vuurkorf. Zit je op een ietwat kille zomeravond toch nog gezellig buiten met een natje en een droogje.

Via mijn bron binnen de NVSWH krijg ik regelmatig gegevens over honden toegespeeld. Als er dan wat tijd over is, controleer ik die gegevens uiteraard. Ik ben van mening dat je pas iets kunt schrijven als je zeker bent van je zaak. Ook Lawanda, u weet wel van Saarlooswolfhondenweetjes, was die mening toegedaan en heeft menigmaal kond gedaan van opmerkelijke zaken rond de gegevens van de honden opgenomen in de database van dhr. Franz, ic. de avls.
Tja. Ik moet Lawanda gelijk geven. Die hele database, waaruit men ook de gezondheidsgevens kan halen, moet met de nodige omzichtigheid benaderd en gebruikt worden. Ooit blijkt geschreven te zijn, ik meen door dhr. Franz en door mevr. Eggink, dat die database dagelijks gecontroleerd wordt. Wellicht dat voor mevr. Eggink een voorbehoud gemaakt kan worden, vanwege haar vele werkzaamheden in die werkgroep van de Raad. Maar dan nog, dat is geen excuus. Graag zou ik willen vernemen hoe men de gegevens controleert. Gebruikt men hiervoor de stamboom-CD's van de Raad, de oude stamboomboeken, door enthousiaste lezers aangeleverde zaken, ..... noemt u maar op.
Als men in het bedrijfsleven dit soort controles zou uitvoeren, zou het hele productieproces in het honderd lopen. De verantwoordelijke personen konden zich op de kortst mogelijke termijn melden bij het UWV voor een uitkering.

Klein voorbeeldje over de betrouwbaarheid van die database, zonder de namen van de honden te noemen. Men presteert het om een hond slechts één dag oud te laten worden, terwijl hij drie jaar na zijn dood nog verantwoordelijk is voor een vruchtbare dekking. Geen KI kan ik u vertellen. Bovendien komen er nog een aantal dieren in die database voor, die volgens de controleurs slechts één dag oud geworden zijn en desondanks nog vele jaren hun eigenaren van hun aanwezigheid hebben laten genieten. Ook staan er nog steeds honden in die database die bij het invoeren een spontane geslachtsverandering hebben ondergaan. Gelukkig zijn deze dieren nooit voor de fokkerij ingezet, anders had dat tot grote hilariteit kunnen leiden.

Als deze gegevens al niet kloppen, hoe moeten we dan aankijken tegen de bij de diverse dieren opgenomen gezondheidsgegevens. Kloppen die dan wel? Heeft die hond wel HD-B, is die hond dan wel een mogelijke PRA-lijder ofwel gediagnosticeerd als "voorlopig niet vrij". Belangrijker nog ten aanzien van de bekende erfelijke aandoeningen die welig tieren buiten de populatie van de NVSWH is de afstamming van die honden.
Het blijft teruggrijpen op eerdere blogs. Van diverse honden is de afkomst uiterst dubieus. Dus als in die nakomelingen een erfelijke aandoening voorkomt, moet je dan vertrouwen op de afstamming zoals die in de database van de avls staat. Moet je niet als verantwoordelijk eigenaar, mogelijk toekomstig fokker, zelf op onderzoek uitgaan om te achterhalen wat er nu wel of niet waar is. Op internet is genoeg te vinden. Je moet er alleen de tijd voor nemen. Bovenal moet je bereid zijn alles wat je tegenkomt of op de computer of op papier op te slaan. Vervolgens moet je bereid zijn de tijd te nemen alles wat je opgeslagen hebt te controleren op betrouwbaarheid. Er zijn zoveel fokkers die op hun website de nodige gegevens publiceren waaruit je als onderzoeker uiteindelijk de nodige conclusies kunt trekken.

Ten slotte kom je dan tot de ontdekking dat de database van de avls een hoogst onbetrouwbare bron is. Het is dat het milieu-onvriendelijk is omdat het een hoop papier en nog meer inkt kost anders zou ik zeggen: "Print die hele database uit en gooi hem inderdaad in de eerder genoemde vuurkorf".
Eet smakelijk en proost

zondag 1 juli 2012

Fokdieren

In zijn meest simpele vorm is een fokdier een dier bestemd voor de voortteling. Daarmee zijn we er natuurlijk niet.

Fokken moet altijd gericht zijn op de verbetering van het ras anders moet je het scharen onder vermeerderen. Verbeteren van het ras kanje alleen doen wanneer je de rasstandaard voor ogen houdt en rekening houdt met de (erfelijke) afwijkingen binnen dat ras. Met andere woorden, niet blind staren op het uiterlijk maar ook de gezondheid erbij betrekken. Maar wel in het achterhoofd, dat het uiterlijk mede bepaalt tot welk ras de hond behoort.
Wat dat betreft vind ik dat dhr. Berends op zijn weblog met zijn laatste vier bijdragen over dit onderwerp de meeste lezers duidelijk heeft gemaakt hoe het in grote lijnen moet zijn.
Zijn overzichten met de percentages over lijders/dragers en vrije honden, in zijn geval met betrekking tot het gen voor DM, spreken voor zich. In feite is dit gewoon een schemaatje overgenomen uit een willekeurig boek over genetica, aangepast aan de situatie rondom DM en geschreven in 'lekentaal'. In ieder geval heeft één lezer laten weten het nu duidelijk te begrijpen. Een stap voorwaarts dus.

Wat ik in zijn betoog mis, is zijn definitie van fokdieren. Welke zijn die dieren, maar vooral hoeveel zijn het er? Anders kloppen die opgegeven percentages niet. Ik heb mijn licht opgestoken bij één van de leden van de NVSWH die een zeer uitgebreide database heeft van de Saarlooswolfhond. Hij heeft mij een Exel-bestand gestuurd waarmee ik zelf aan het experimenteren ben gegaan.

In mijn geval bestempel ik een dier als fokdier wanneer dat nu en in de toekomst voor de fokkerij ingezet kan worden. De puppen die onlangs geboren zijn tellen ook mee, omdat zij in de toekomst ingezet kunnen worden. Ik heb echter de grens getrokken bij honden van 10 jaar oud. Volgens de regels mogen honden ouder dan 8 jaar niet meer ingezet worden, maar gedwongen door de omstandigheden heb ik die grens op moeten rekken.
Ik verwijs slechts naar de fokkerij "Du Chalet aux Loups" uit Frankrijk.
Swany de la Tour des Aigles (geboren 25 november 2001) is vijfmaal gedekt door Talik en heeft nesten voortgebracht in 2005, 2007, 2008, 2009 en 2010. Haar nestzus Sybelle, dus ook van 25-11-2001, is eveneens gedekt door Talik en wel in 2004 (mogelijk zelfs tweemaal) en in 2008. Vervolgens heeft zij drie nesten gekregen met Dawak, een fokprodukt van deze mensen, in 2010, 2011 en 2012.
Van deze honden zijn, voor zover uit dat overzicht blijkt, geen gezondheidsgegevens bekend. Omdat deze honden in de fokkerij zijn ingezet op de leeftijd boven de 8 jaar, zijn zij meegeteld in het overzicht fokdieren.

Ik kom dan uit op een totaal van 1468 potentiële fokdieren, 746 reuen en 702 teven. Voor alle duidelijkheid, het aantal potentiële fokdieren kan nog hoger zijn omdat er ongetwijfeld nog meer Saarlooswolfhonden rondlopen waar men niets van afweet.
Vervolgens ben ik eens gaan kijken van hoeveel van deze fokdieren bekend is of zij het gen voor DM bij zich hebben. Dat blijken er 358 te zien, 24,4%. Laten we het op 24% houden, dat rekent wat makkelijker. Dat betekent dus dat van 76% van de potentiële fokdieren niet bekend is of zij het gen bij zich dragen of vrij getest zijn. Dat betekent dus ook dat er nog heel veel DM-dragers/lijders rond kunnen lopen waar niemand iets van weet.
Bij deze 358 bekende honden zijn ook de dragers die doelbewust gefokt zijn bij kennel Tachunga uit een kruising met een DM-lijdster (Myra Beothuk Tachunga).


Terug naar die 358 honden waarvan de uitslag bekend is, of door testen of door afstamming. Dan blijkt dat hieronder vallen 3,4% (= 12 honden) lijders, 46,3% (= 166 honden) dragers en 50,3% (=180) vrije honden.
Ik ben dus benieuwd waar dhr. Berends zijn 56% vrije honden vandaan haalt.

Goed. 1468 potentiële fokdieren. Hiervan is van 342 honden bekend hoe het zit met het gen voor Dwerggroei. Dat blijkt 23% (afgerond) te zijn, dus van 77% is niets bekend. Ongetwijfeld zitten daar ook nog dragers tussen.
Dan blijkt dan van die 342 dieren 3,8% (= 13 honden) drager is, 95,3% (= 326 honden) is vrij en 0,9% (= 3 honden)is dwerg. Dit laatste omdat er nog 2 dwergen extra geteld kunnen worden, naar alle waarschijnlijkheid reeds overleden maar dat is niet bekend. Die drie dwergen zou je uit het totaal aantal fokdieren moeten schrappen, maar voor het overzicht maakt dit niet uit.

Zowel voor DM als voor Dwerggroei geldt dat er nog een aantal twijfelgevallen rondlopen. Dat zijn de honden die niet getest zijn, maar waarvan wel een nakomeling drager is van het gen voor één of beide aandoeningen. Dan zijn er nog de honden die niet getest zijn, maar waarvan bekend is dat of één van de ouders het gen voor genoemde aandoeningen draagt of waarvan bekend is dat een nestgenoot dat gen heeft. De aantallen en percentages kunnen dus heel anders uitvallen.

Inderdaad is een recessieve eigenschap heel lastig weg te fokken. Zolang echter van niet alle potentiële fokdieren bekend is of zij drager of lijder zijn van zo'n recessieve aandoening kun je schemaatjes op blijven stellen, maar raak je het gen nooit kwijt.

Als voorbeeld nog een schema dat ik toegezonden kreeg. Met een beetje fantasie kan je dit schema toepassen op de aandoening DM.


Generatie 0 is de huidige generatie. Uit dit schema blijkt overduidelijk dat na 15 jaar het aantal lijders is teruggebracht tot 1/4%. En dan hebben we het slechts over één erfelijke aandoening.
Men zal er dus overduidelijk rekening mee moeten houden, dat tot in lengte der dagen de erfelijke aandoeningen blijven rondwaren in de populatie, zeker wanneer er fokkers rondlopen die doelbewust met lijders blijven fokken of die weigeren hun honden te laten testen vanwege de kosten.
U en ik zullen daarom niet meemaken dat de Saarlooswolfhond ooit nog van het gen voor DM afkomt. Met dank aan de 'broodfokkers' die deze aandoening erin gefokt hebben door het inkruisen van honden van andere rassen.