vrijdag 27 februari 2015

Onbeschoft



Zoals verwacht was de belangstelling voor mijn laatste stuk, Gerotzooi deel 2, minder groot dan voor deel 1. Tenminste het aantal reacties was een stuk minder. Het lijkt er sterk op, dat mijn lezers het zo langzamerhand heel normaal vinden dat de populatie Saarlooswolfhonden buiten de NVSWH het predikaat SWH in de meeste gevallen niet waard is. Maar omdat ze een papiertje hebben waarop staat dat die dieren wel tot dit ras behoren is men allang tevreden. De bekende kop in het bekende zand steken.
Zou men roepen dat al die inkruisingen ertoe hebben bijgedragen dat het inteeltpercentage binnen beide populaties verminderd is, dan zou je er nog begrip voor kunnen hebben. Alleen, dat is het niet. Niet één van de inkruisingen binnen de avls, eigenlijk moet je zeggen buiten de NVSWH, heeft dat percentage verminderd. Uiteraard die laatste outcross buiten beschouwing gelaten. Ik denk alleen dat over een aantal jaar wanneer die puppen uit deze combinatie met de Witte Herder ingezet zijn en hun nakomelingen ook weer, dat dankzij de zichzelf fokker noemende knoeiers binnen de avls dat inteeltpercentage weer op hetzelfde niveau staat als nu. Ik vrees dat men dat gelijk weer gaat gebruiken om weer een hond van een ander ras er door te kruisen, zodat de daadwerkelijke Saarlooswolfhond, zoals we die kennen van de NVSWH, definitief verdwenen is.
Trouwens, met het huidige foktempo van onze vereniging zal dat laatste niet zo vreemd zijn.

Intussen wordt aan alle kanten aandacht geschonken aan het 40-jarig bestaan van het ras Saarlooswolfhond. Eén van de leden van de avls wil daartoe zelfs een boekje uitbrengen met gedichtjes, verhaaltjes, foto’s, enz. enz. Zelfs een grafisch ontwerper heeft zijn medewerking al toegezegd. Ik hoop dat die man een expert is op het gebied van foto-bewerking, want hoe wil deze initiatiefneemster in hemelsnaam bastaardhonden doen lijken op raszuivere Saarlooswolfhonden.
Ik zeg expres “bastaardhonden”, omdat ik afgelopen tijd via een Franstalige facebook-pagina op zoek ben gegaan naar foto’s van honden die daarop genoemd werden. Eén van die honden is genaamd Hichka, roepnaam Kishin. Eerlijk is eerlijk, met mijn gebrekkig kennis van het ras, in vergelijking met de vele deskundige lezers van mijn stukjes, lijkt dat dier veel meer op een Tsjechoslowaakse Wolfhond dan op een SWH. Als ik vervolgens de foto van de hond Wolfsirius Amaranth onder ogen krijg, bekruipt mij toch echt het gevoel dat ik naar een hybride of naar een kruising met een Malamute zit te kijken. En dan zou op die foto dat dier pas 5 maanden oud zijn. Onmogelijk. Maar ja, u weet wat ik eerder geschreven heb. De kennel Wolfsirius wordt er al van alle kanten van beschuldigd te rotzooien met kruisingen van verschillende rassen en die bijvoorbeeld als raszuivere Tsjechoslowaakse Wolfhond te verkopen, dus waarom zou dit in hun ogen en in die van de Finse Kennelclub, dan geen raszuivere Saarlooswolfhond zijn.

U ziet, had de avls en dan in het bijzonder natuurlijk die outcross-commissie nou ook maar eens de tijd genomen de verschillende foklijnen van de SWH uit te zoeken, niet alleen via de papieren afstamming maar natuurlijk ook via de duizenden foto’s die op het net rondwaren, dat had men tot de conclusie kunnen komen dat een outcross totaal niet nodig had geweest. Alleen had de avls dan niet door het leven gegaan als de “redder” van het ras. Dan had die club gewoon thuis gehoord in het rijtje onbeduidende rasverenigingen en dat kan natuurlijk niet. Dat past niet bij het zichzelf aangemeten imago.

Verder gaat het gerucht, ik kan het helaas niet bevestigen, dat men zich bij de Raad van Beheer afvraagt wat men moet doen om meer deelnemers naar tentoonstellingen te lokken. Of dat nodig is, weet ik niet want ik heb gelezen dat er voor de tentoonstelling in Groningen op 28 feb/1 mrt zo’n 2700 inschrijvingen zijn. Hoeveel meer wil je er dan nog bijhebben.
Maar wat zou je moeten doen? Ik heb geen idee. Het is lang geleden dat ik op een hondententoonstelling geweest ben en ik heb me toen lopen verbazen over de hysterische gedragingen van veel exposanten. Je snapt dan niet dat die mensen zo’n beetje elk weekend wel ergens in Europa, of verder weg, in zo’n staat verkeren. Geen wonder dan ook dat zoveel honden neurotisch gedrag vertonen. Ik vrees dat bij dat soort mensen de nodige kilo’s valium en/of andere kalmeringstabletten erdoor gejaagd worden, de honden niet uitgesloten.

Maar in ieder geval schijnt onze vereniging er een antwoord op gevonden te hebben. Of de Raad en de FCI daarvan vrolijk worden blijft echter de vraag.
De NVSWH organiseert namelijk, in verband met dat 40-jarig jubileum, een INTERNATIONALE KAMPIOENSCLUBMATCH. Dat betekent dus volgens de NVSWH dat er ook een NATIONALE KAMPIOENSCLUBMATCH bestaat. Volgens het Kynologisch Reglement van de Raad kan op zo’n KCM een dubbel CAC behaald worden. Troost u, u hoeft geen bagagekarretje mee te nemen om dat CAC te vervoeren. Het betekend gewoon dat dit diploma voor twee telt. Dus als je als rasvereniging in het voorjaar nou eens een Nationale KCM organiseert en in het najaar een Internationale KCM, kan je dus vier punten halen. Dat telt lekker mee voor je diploma Nederlands Kampioen. Hoef je minder geld uit te geven voor dat papiertje.
Mocht u het echter nog niet begrepen hebben: Er bestaan geen Internationale Kampioensclubmatch of Nationale Kampioensclubmatch. Er bestaat alleen een Kampioensclubmatch.

Of, en dat waarschijnlijk eerder aan de hand zijn, weet men bij onze vereniging niet waar men over spreekt. Op een Kampioensclubmatch kan iedereen inschrijven die een hond van het betreffende ras heeft, of men nu wel of geen lid is van die vereniging en of men wel of niet in het land van de organiserende vereniging woont. Dat men rond dat 40-jarig jubileum helemaal doorgeslagen is van gekkigheid is overduidelijk wanneer u het programma van dat weekend bekijkt. De organisatoren, die ongetwijfeld vlak in de buurt van die locatie wonen, hebben namelijk bedacht dat er ’s middags gewandeld wordt om vervolgens ’s avonds dat symposium te laten plaatsvinden. Met andere woorden: de deelnemers aan dat symposium worden geacht na afloop daarvan nog eens een uur of misschien langer te rijden om thuis te komen om vervolgens de volgende dag weer diezelfde tijd terug te rijden voor die KCM. Ziet u het voor u. Het symposium is om 22.00 uur afgelopen, u praat nog even na en al snel is het rond 22.30 dat u in de auto stapt. Tegen middernacht bent u thuis, nog even de hond uitlaten, u drinkt nog wat en hup, tussen de koele lakens. De volgende morgen om 06.00 op, de hond uitlaten, de spullen voor de KCM inpakken en rond 07.30 rijdt u weg om ergens tussen 09.00 en 09.30 op hetzelfde adres van de vorige dag te arriveren. U bent al gammel, de hond is al helemaal gestoord van het autorijden en dan moet u nog de hele dag daar rondhangen om vervolgens aan het eind van de middag doodmoe en chagrijnig en, als het tegenzit, met een net zo vermoeide en chagrijnige hond weer in de auto te stappen richting thuisfront. Niet zo vreemd nu dat de NVSWH nog steeds oproepen rondstuurt voor deelnemers aan dat symposium en die KCM. Waarom dat symposium niet gewoon overdag. Bijvoorbeeld ’s morgens beginnen, dan lunch, ’s middags nog een paar uurtjes om vervolgens de mensen de gelegenheid te geven eventueel aan die wandeling deel te nemen. Zij die niet willen wandelen kunnen dan op tijd naar huis om de volgende dag fris en fruitig acte de présence te geven op die KCM.
Dat betekent natuurlijk wel dat je dan geen andere dingen kunt doen overdag, bijvoorbeeld een rondje golfbaan lopen of, omdat het Pasen is, eieren zoeken met je kinderen of kleinkinderen. Voor alles geldt: prioriteiten stellen.

Wel goed bedacht is een cursusje ringtraining te geven. Wat ik zo gelezen heb op diverse facebook-pagina’s is dat ook hard nodig. Dus zou ik zeggen: ook niet-leden van de NVSWH volg zo’n cursusje. Je wordt er alleen maar wijzer van, je slaat geen (grote) flater op die KCM en zowel jijzelf als je hond weten wat er verwacht wordt. Kan je nooit roepen bij een minder goede beoordeling dat het aan de keurmeester, het publiek of de ring ligt. Nee, dan moet je de schuld bij jezelf zoeken.

Dat het verder bij onze vereniging nog steeds niet goed gaat binnen het bestuur is afgelopen dagen weer gebleken. Ik heb al eens eerder geschreven over de ongemanierde aanhef van e-mails die naar de leden gestuurd zijn. Wederom was het raak. Wederom een mail met de aanhef “Geachte …..  { hierbij staat …. voor de achternaam van de geadresseerde}.
Wat Geachte …… Is dat heer, mevrouw, Piet, Wim, Mien, Fik, Hond, Waf, of ????? Is het nou zo verdraaid moeilijk uit het ledenbestand te halen dat dit Geachte Heer of Geachte Mevrouw moet zijn. Nee toch.
Maar deze keer wordt het nog erger gemaakt.
Deze keer worden de betreffende leden er nogmaals op attent gemaakt dat het lidmaatschapsgeld nog niet ontvangen is en/of dat men nog geen machtiging heeft verstrekt voor automatische incasso. Alleen, worden deze mails verstuurd door ene mevrouw Ingrid Wildschut. Tenminste ik neem aan een mevrouw gelet op de voornaam. Maar wie is deze mevrouw in vredesnaam. Geen bestuurslid. Dus in het gunstigste geval een gewoon lid van onze vereniging. Ik ken niet al mijn mede-leden. Maar wat heeft deze mevrouw dan te maken met het feit of een ander lid mogelijk  nog niet betaald heeft.
Daarbij komt nog eens dat de mails ondertekend worden door mevr. Pau, onze penningmeester.

Ik heb geen idee wat de relatie is tussen beide dames. Het zal mij een worst wezen. Ik vraag me alleen af  hoe onze penningmeester het in haar hoofd haalt een gewoon lid van de vereniging deelgenoot te maken van het betalingsgedrag van de overige leden. Dit vraagt toch nadrukkelijk om tekst en uitleg en in het ergste geval het opzeggen van het vertrouwen in èn het in twijfel trekken van de integriteit van deze mevrouw. Stel je voor dat de gemeente mijn buurman gaat vertellen of ik de gemeentelijke belastingen al voldaan heb voor dit jaar. Dat sta je toch ook briesend op het gemeentehuis.
Als klap op de vuurpijl krijg ik boze mailtjes van leden die het onbegrijpelijk vinden dat in deze brief cq mail een plaatje is geplaatst van een hoofd van een hond van een heel ander ras. Een plaatje dat volgens sommigen zelfs aanschurkt tegen het logo van een hele bekende onderneming. Wat is er ooit gebeurd met die afbeelding die destijds op die sticker stond en dienst deed als boegbeeld van de vereniging. Dat die afbeelding mogelijk wat lastiger is te gebruiken om op kleding af te drukken zou kunnen, maar dan had men terug kunnen grijpen op de afbeelding die daarvoor gebruikt werd. Je krijgt bijna het idee dat het huidige logo tot stand gekomen is tijdens een gebied met hoge alcoholinvloed. Het feit dat het bestuur dit plaatje mooi vindt, geeft al aan dat men meer met zichzelf bezig is dan met het ras.

Vervolgens, omdat dit bestuur zich ruim drie jaar geleden wilde verjongen v.w.b. samenstelling, alles in eigen beheer zou gaan nemen en dynamischer te werk wilde gaan, komt de vraag op: “Doet het bestuur wel alles zelf”. Ik heb ooit horen vertellen dat onze Directeur Feesten en Partijen de hulp nodig had van de echtgenoot van de PR-dame om bepaalde zaken te regelen voor zijn privé-website omdat hij zelf geen flauw benul had hoe dat  te doen. Ik heb ook begrepen dat hij jaren daarvoor de toenmalige webmaster van de NVSWH er al probeerde uit te werken om zelf de website van de vereniging te beheren. Hoe is dat dan nu geregeld? Doet hij dat zelf, conform de doelstelling van ons bestuur of heeft men gewoon de hele kluit belazerd en diende alles om bepaalde mensen eruit te werken, omdat zij teveel kennis van het ras hadden.

Diezelfde vraag heb ik al eens eerder gesteld destijds rond dat secretariaatschap. Mevrouw van Onna of dhr. Verbeeck. Wie was de werkelijke secretaris. Zo ook het penningmeesterschap nadat dhr. Pielanen was afgetreden. Hij zorgde er nog voor dat het financieel overzicht, de begroting, en dergelijke in het clubblad gepubliceerd werden. Sinds die tijd hebben de leden, als zij niet naar de ALV kwamen, geen inzicht meer gehad in de financiële situatie van onze vereniging. Bovendien had dhr. Verbeeck op eigen houtje besloten de ballotage-termijn tijdelijk vervallen te verklaren, om dhr. v. Onna de gelegenheid te geven penningmeester te worden.
Het ergste in dit geval was ook nog eens dat alle leden deze handeling slikten terwijl dhr. Verbeeck helemaal het recht niet had die ballotage op te schorten. Dat recht behoorde en behoort toe aan de leden, omdat dit in de reglementen van de vereniging is opgenomen, dus had men daarover tijdens een ALV een beslissing over moeten nemen. Het kan natuurlijk dat dit in België wel de gewoonte is bij verenigingen. Sommige zaken schijnen daar anders te verlopen.

Dus, hoe zit het nu met dat penningmeestergebeuren. Hoe zou het klinken komende ALV wanneer in de rondvraag één van de aanwezigen opstaat en zegt: “Hee, Pau en Verbeeck, hoe is het mogelijk dat Wildschut mail naar de leden verstuurt met betrekking tot hun betalingsgedrag?” Zou u over een dergelijke “onbeschofte” woordkeuze niet uw afkeuring uitspreken? Maar wedden dat onze voorzitter dan roept dat Pau de computer van Wildschut mocht gebruiken vanwege haar “engagement”.

zaterdag 14 februari 2015

Gerotzooi deel 2



Mijn laatste stuk heeft nogal wat reacties losgemaakt getuige de vele mailtjes die ik van lezers ontving met afschriften van verschillende sites.
Goed, ik mag dan af en toe in de ogen van sommigen hard uit de hoek komen, het gaat mij er meer om dat liefhebbers van de Saarlooswolfhond gaan nadenken wat er allemaal met het ras gebeurd is.
Wel heb ik begrepen dat er omtrent sommige van mijn bewoordingen wat onduidelijkheid was, wat door een lezeres weer recht gezet werd. Dank daarvoor.

Ik heb inderdaad niet beweerd dat ALLE Saarlooswolfhonden uit Finland kruisingen met andere rassen waren. Ik heb geschreven dat op het Engelstalige forum van de TWH vermeld werd dat bij kennel Wolfsirius gerotzooid werd met kruisingen Saarlooswolfhonden en Tsjechoslowaakse Wolfhonden.
Verder dacht ik te mogen concluderen uit de reacties op dat forum dat datzelfde het geval was bij een aantal kennels in Frankrijk en dat ook Italie niet onverdacht was. Een Italiaanse lezer van dat forum beweerde dat de Italiaanse database van Tsjechoslowaakse Wolfhonden 100% betrouwbaar was. Prompt werd die lezer op zijn vingers getikt met de mededeling dat dat helemaal niet het geval was.

Het grappige of verontrustende, het is maar vanuit welke hoek u het bekijkt, is dat dat ook het geval is met de database van Saarlooswolfhonden. Trouwens, een van de mensen die op mijn vorige stuk reageerde had het over een “schaduwdatabase”. Geen idee wat daarmee bedoeld wordt. Misschien een database die door iemand anders wordt bijgehouden?
Hoe het zij, iedere database die over de Saarlooswolfhond wordt bijgehouden en waarin niet de honden zijn opgenomen die ingekruist zijn, is niet betrouwbaar. Maar ook wanneer men niet over de juiste afstammingen van de honden uit het Leendert Saarloos tijdperk beschikt wordt een database onbetrouwbaar. Het probleem daarbij is echter, hoe kom je aan de gegevens uit dat tijdperk. Het schijnt dat Leendert zelf ook niet al te waarheidsgetrouw zijn experimenten vastlegde uit angst dat die in verkeerde handen zou komen. Die angst bleek terecht te zijn, maar gelukkig heeft hij dat weten te voorkomen. Wellicht had het ras dan een heel andere naam gehad en opbouw gekend.
Gelukkig zijn er mensen geweest die weet hadden van de bewuste “vergissingen” van Leendert en dat hebben kunnen rechtzetten waardoor destijds bij de NVSWH wel een bijna 100% correcte database samengesteld kon worden.

Voor zover ik mij heb laten vertellen hebben zij ook, dankzij bewijsmateriaal, een aantal van die in het verleden ingekruiste honden kunnen achterhalen waardoor zij ook die in die database hebben kunnen opnemen. De nadruk ligt op het woord grotendeels. Het blijkt dat er op veel grotere schaal gefraudeerd is dan iedereen maar denkt. Niet alleen met afstammingen.
Bekend binnen de NVSWH, aangezien dat tijdens een ledenvergadering naar voren is gekomen, is het DNA-afstammingsonderzoek van de hond van een niet-lid van de vereniging. De fokster kwam voor dat onderzoek met een buisje bloed opdraven dat van de vaderhond van de betreffende pup afkomstig zou zijn. Het DNA-onderzoek zou uitgewezen hebben dat niet geheel met zekerheid te bepalen was wie de echte vaderhond was, terwijl jaren later de eigenaar van de reu, op papier de vaderhond, verklaarde dat van zijn hond nooit bloed was afgenomen voor dat bewuste onderzoek en dat zelfs zijn hond nog nooit gedekt had. De Raad verklaarde echter tevreden te zijn met de uitslag van dat onderzoek en de fokster ging fluitend verder met ….. Zegt u het maar. Het schijnt dat officieus wel de echte vaderhond bekend geworden is, maar het kwaad was al geschied.

Onder de eerder genoemde reacties waren er ook bij van al tijden eigenaar van één of meer Saarlooswolfhonden die vonden dat dat gerotzooi maar eens verder uitgezocht moest worden. Vreemd echter die reacties, omdat een aantal jaren geleden al klip en klaar op internet te lezen was dat bepaalde afstammingen onmogelijk waren. Als voorbeeld werd toen aangehaald de witte Saarlooswolfhonden die buiten Nederland geboren waren. Ik noem expres deze kleur vanwege de recente outcross van de Saarlooswolfhond met de Witte Herder, die volgens mij uitsluitend ingegeven werd door het ongebreidelde verlangen naar witte Saarlooswolfhonden, zoals uit uitspraken van één van die outcross-commissieleden gebleken was.
Dat nest dus, geboren in 2005, toont een afstamming die zeer dubieus is. In de vierde generatie aan vaderskant zit de Tsjechoslowaakse Wolfhond Car of Cek z Polonin. Deze zelfde hond zit in de vijfde generatie aan moederskant. In de vijfde generatie aan vaderskant komt Perneault voor waarvan de overgrote meerderheid van deskundigen al weet te vertellen dat ook daarmee iets niet in de haak is. Er gaan zelfs stemmen op die beweren dat dat een hond van een ander ras is, TWH, die gewoon in een nest bij de SWH is gelegd.
Ik heb niet gekeken naar de combinaties die in het verleden uitgevoerd zijn voordat dit nest geboren werd, dat laat ik aan u over. Ik heb wel begrepen dat dit een heel groot schoolvoorbeeld is van inteelt. Diverse malen halfbroer x halfzus. Gaat u er maar eens goed voor zitten met het nodige schrijfmateriaal bij de hand.
Wel heb ik begrepen van wat destijds hierover geschreven werd dat er onmogelijk uit deze combinatie witte honden geboren konden worden. In de lijnen van de voorouders kwam het gen voor wit namelijk niet voor.

Eén van de lezers vroeg zich ook af of Marianne Eggink inderdaad die uitspraak gedaan had dat honden die aan tentoonstellingen meedoen vrij moeten zijn van de in dat ras (VFR) voorkomende erfelijke afwijkingen. Nou, ik kan u geruststellen. Ja. Kijkt u maar in “De Hondenwereld” jaargang 70 nr 2 van 2015 op pagina 22/23. In mijn reactie op die uitspraak was ik nog een belangrijk punt vergeten. Gelukkig was één van de lezers zo vriendelijk mij daarop attent te maken. De hypocrisie droop van deze uitspraak af, omdat Eggink er tot tweemaal toe geen bezwaar in zag haar slechtziende teefje, volgens sommigen zelfs stekeblinde teefje, op een clubmatch uit te brengen. Voor alle duidelijk, een clubmatch is ook een tentoonstelling en vindt ook plaats met goedkeuring van de Raad van Beheer en blinde honden zijn niet toegestaan op tentoonstellingen. Dus moet Eggink niet plotsklaps het heilig boontje uit gaan hangen.

Een ander belangrijk punt betreffende de uitspraak van Eggink ten aanzien van de controle betreft de ingeschreven buitenlandse honden. Moeten die voldoen aan het VFR van de vertegenwoordigende Nederlandse vereniging van dat ras of de rasvereniging in het eigen land van betrokken exposanten? Maar wat als die rasvereniging geen VFR heeft of wat als daar geen rasvereniging is. Wat dan? Worden die honden dan geweigerd of worden ze gewoon toegelaten met het risico dat de beste reu of teef en dus de beste van dat ras bijvoorbeeld lijder PRA is. Of DM.
Met andere woorden, Eggink zit gigantisch uit haar nek te kletsen. Jammer genoeg niet voor het eerst.

Weer een ander komt met de reactie dat alles wat in mijn vorige stuk stond “oud nieuws” was en dat niet iedereen banden met Frankrijk heeft. Ongetwijfeld waar. Maar iedereen die de laatste 5 tot 10 jaar een Saarlooswolfhond heeft aangeschaft waarvan de fokker zelf of waarvan de fokker van één der voorouders van die hond in Frankrijk woonachtig is, daar reken ik ook die Nederlands/Franse fokster onder die zogenaamd in Kapel-Avezaath woont of inwoont, kan en moet weten dat er daar aan alle kanten gerotzooid is. Zoals dus ook op dat Tsjechen forum wordt gemeld. En heeft daardoor dus bewust meegeholpen aan dat hele fraudegebeuren.

Nog even terugkomend op die gezondheidseisen waar Eggink het over had. Ik heb daartoe het fokreglement van de avls erbij gehaald. Interessante kost, vooral omdat men zich er toch niet aan hoeft te houden. Er staat namelijk dat het niet toegestaan is te fokken met honden met een HD-uitslag HD-C, HD-D of HD-E.
Ik heb echter op internet gelezen dat de hond Tuur van mevr. Slenders, lid van de avls, een nest heeft voortgebracht. Maar deze Tuur, Nord Ulv Arthur Anders, heeft volgens de database op internet bij onderzoek de uitslag HD-C1 gekregen. Volgens mij valt dat gewoon onder C en had deze hond dus niet ingezet mogen worden. Wat zijn de sancties die deze eigenaresse, toevallig ooit eigenaresse van één van die omstreden buiten Nederland geboren witte Saarlooswolfhonden, tegemoet kan zien? Dat die reu tevens drager is van het gen voor DM en voor Dwerggroei nemen we dan maar op de koop toe. Daarnaast is er nog een reden waarom deze hond nooit ingezet had mogen worden Twee nestzusjes HD-D waarop besloten werd deze te steriliseren, wat een bijzonder goede daad van de eigenaars was. Drie nestgenoten op de leeftijd van 8 dagen overleden omdat het nest, naar men zegt, in de sneeuw geboren werd. En als klap op de vuurpijl één nestgenoot afgemaakt wegen, eufemistisch gezegd, afwijkend gedrag.
Hoezo mevr. Eggink letten op de gezondheid conform het VFR?
De enige reden die men zou, met nadruk op zou, kunnen bedenken om deze hond in te zetten is het feit dat hij stamt uit Skarv. En die heeft weer een besmet verleden als mogelijke wolfhybride dan wel nakomeling van een wolfhybride. Dus een verkapte outcross dankzij deze Tuur.
Maar denkt u nu heus dat de avls weer een klacht bij de Raad gaat indienen, net zoals vorig jaar tegen die eigenaar van die reu die een PRA Voorlopig Niet Vrije hond mocht dekken. Waarop bovendien de eigenaar van die reu uit de avls gezet werd? Nou, ik denk het niet. De avls doet volgens mij hier geen klap aan.

Als laatste toch weer goed nieuws. Dankzij een tip van een geïnteresseerd lezer kan ik met vreugde mededelen dat het Circus AVLS weer een nieuwe voorstelling heeft bedacht. U weet dat het sinds kort verboden is voor circussen nog langer gebruik te maken van “wilde” dieren. Wat men als circuseigenaar of dompteur trouwens met die dieren moet doen is volgens mij totaal onduidelijk, maar dat even buiten beschouwing gelaten.
Circusacts met poezen, kikkers, vlooien, honden, enz. zijn wel toegestaan. Hoewel ik bij kikkers toch een slag om de arm hou.
“Hooggeëerd publiek, komt dat zien, komt dat zien. Voor de eerste maal in Nederland dankzij circus AVLS. Circus AVLS heeft voor u in petto een openbare keuring van die drie outcross-pups waar dus iedereen van harte welkom is. Keurmeesters zijn helemaal van harte welkom."
Of de pups midden in een ring op een langzaam ronddraaiend podium gekeurd worden is bij het ter perse gaan van dit artikel nog niet bekend. Het zou echter wel logisch zijn, opdat iedereen dan een goed uitzicht op die puppen heeft. Waarom echter met nadruk keurmeesters uitgenodigd worden is een raadsel, omdat deze honden toch nooit op een tentoonstelling zullen komen. Tegen de natuur van het ras, weet u nog.
Vervolgens neemt de spreekstalmeester (Eggink? Berends?) weer het woord: “Lichten uit, spots aan. Maestro!!” waarop onder zacht aanzwellend tromgeroffel de eerste pup op tafel gezet wordt. Nog twee te gaan.
Misschien dat men zelfs een prijs uitlooft voor elke 25e bezoeker: op de foto met Johan bijvoorbeeld. Kan je die foto later het jaar altijd nog met Halloween gebruiken.

.

vrijdag 6 februari 2015

Gerotzooi



Mijn vorige artikel eindigde ik met de melding dat ik zou terugkomen op het gerotzooi bij de Tsjechoslowaakse Wolfhond omdat dat raakvlakken heeft met de Saarlooswolfhond. Nou, daar gaan we dus.

Op het Engelstalige forum “World of the Czechoslovakian Wolfdogs” wordt keihard gemeld dat bepaalde honden uit kruisingen zijn voortgekomen en middels fraude aan een stamboom zijn gekomen.Even ter verduidelijking, dit speelt al enige tijd.
Uiteraard zijn ook hier eigenaren van betrokken honden niet blij met sommige uitspraken en vragen zich af waarop die beweringen gebaseerd zijn.
Zo vraagt een eigenaar van een met naam genoemde hond zich af hoe het zit met de hond Murat Crying Wolf en de nakomelingen nadat gebleken is dat diezelfde fokker twee jaar lang een Saarlooswolfhond gehouden heeft. Vooral vanwege de geruchten dat die hond gebruikt is voor de kruising in plaats van de opgegeven Tsjech. Vooral omdat ook de fokker zelf toegeeft dat de afstamming niet correct is.

Een van de eigenaren merkt op dat een nakomeling desondanks goede resultaten op tentoonstellingen heeft behaald, dus moet het wel gaan om een raszuivere Tsjechoslowaakse Wolfhond. Nou, die eigenaar wordt gelijk op zijn vingers getikt omdat tentoonstellingsuitslagen totaal niets voorstellen wanneer zelfs een overduidelijke kruising Malamute-Duitse Herder met een derde ras Wereld Winner werd. En een Italiaanse kruising werd Europees Kampioen in Brno. Er wordt zelfs aangegeven waar de keurmeesters vandaan kwamen, Tsjechië en Slowakije.
Met andere woorden, als zelfs deze kruisingen kampioen kunnen worden waarom zou dat dan niet kunnen bij kruisingen Tsjechoslowaakse Wolfhond.

Men gaat zelfs nog verder. Er wordt op dat forum duidelijk aangegeven dat alle honden gefokt door kennel Crying Wolf vanaf 2004 als “MIX” of “Kruising” door het leven gaan. Een van de oorzaken dat dit gerotzooi heeft kunnen plaatsvinden is de reden dat de Hongaarse Kennelclub fokkers niet controleert. Omdat verder kennel Crying Wolf Saarlooswolfhonden met Tsjechoslowaakse Wolfhonden kruist, onder andere het “R” en “S” nest, is besloten de nakomelingen daarvan dus als kruisingen te bestempelen en ze derhalve als zodanig te merken in de TWH-database. Dat zijn dus onder meer de puppen met een vraagteken gemarkeerd.

Zou het bij die kennel blijven, dan zouden we mogelijk onze schouder daarover ophalen. Maar er wordt op dat forum ook glashard verwezen naar kennel Wolfsirius uit Finland, Louba-Tar uit Frankrijk en nog een paar. Vooral Wolfsirius en Louba-Tar zijn bekend als fokfabrieken van de Saarlooswolfhond. Zelfs de voorzitter van de Finse Tsjechoslowaakse Wolfhonden Vereniging wordt op dat forum beticht van fraude.

Ik kan nog wel even doorgaan met citeren van uitspraken op dat forum, maar het blijft allemaal draaien rond hetzelfde onderwerp. Wat eigenlijk opvalt is dat men daar wel die zaken durft te benoemen. Natuurlijk is niet iedereen het ermee eens, vooral niet de eigenaren van betrokken puppen.
Maar in feite is dat bij de Saarlooswolfhond ook. Alhoewel, in het verleden werd door de NVSWH gemeld dat bepaalde afstammingen niet konden kloppen. Uiteraard waren sommige eigenaren het daar niet mee eens. Nee, want vooral die ene fokster uit Frankrijk was zo begaan met het ras, liep te boek als deskundig want is keurmeester, enz. enz. Vele SWH eigenaren liepen achter haar aan alsof zij een of andere Holly- of Bollywood ster was. Dat zij, wat ook blijkt uit uitspraken op dat Tsjechenforum, aan alle kanten de boel belazerde was ook bij velen bekend. Dat verder de Raad van Beheer hier niets aan wilde doen, is ook bekend.
Jaren geleden al heeft de NVSWH laten weten dat er bij de Saarlooswolfhond vraagtekens gesteld moesten worden bij sommige afstammingen omdat daarvan bewijzen voorhanden waren. Het gevolg was echter dat de vereniging weggehoond werd omdat er, volgens de vele deskundigen buiten de NVSWH niets van die bewijzen klopte, enz. enz. Toen ook nog de Raad besloot vanwege het vele werk, ze mochten eens moe worden daar, dat ingeleverde dossier niet te bestuderen, was dat voor de figuren buiten de NVSWH natuurlijk koren op de molen en kon in een aantal gevallen de fraude gewoon doorgaan.

Het vreemde is echter, dat nu, jaren nadat de NVSWH dit openbaar maakte, velen buiten de NVSWH overstag gegaan zijn en openlijk erkennen dat er aan alle kanten gerotzooid is. Men merkt zelfs op dat er in Frankrijk eigenlijk geen raszuivere Saarlooswolfhond te vinden is. In het verlengde hiervan moet je dus ook concluderen dat Saarlooswolfhonden uit Finland met de nodige scepsis bekeken moeten worden voor wat betreft hun afstamming. Dit verklaart ook waarom een aantal van onze leden van mening was dat honden uit Finland niet alleen op Tsjechen leken maar ook op Malamutes.
Wanneer u op internet op zoek gaat naar die Finse kennel komt u tot de ontdekking dat dit één groot exportbedrijf is. Honden van verschillende rassen worden per postorder over de hele wereld verscheept. Met de tijd meegaand moet je dan spreken van een “webshop”. Als verder fokproducten van die kennel weer in Tsjechië en daaraan grenzende landen terecht zijn gekomen, is het niet zo vreemd dat van daaruit de meest uiteenlopende Saarlooswolfhonden het licht zien. Dan is het toch ook zo vreemd niet meer dat er zelfs chocoladekleurige of bijna zwarte Saarlooswolfhonden rondlopen. De ene kleur vanuit het oostblok, de andere kleur vanuit, alweer, Frankrijk.

Jaren geleden werd een grote groep Saarlooswolfhonden vanuit Frankrijk naar Engeland verscheept. Honden afkomstig van die bekende Nederlands/Franse fokster. Al heel snel riep men in Engeland, waar men totaal niets over dit ras wist, dat de Husky er doorheen gekruist ging worden om de SWH te verbeteren. Wie zou de stimulator daarachter geweest zijn??

Is het, als we dit alles meenemen, dan nog steeds te verkopen door de avls dat bij de Saarlooswolfhond honden van andere rassen ingekruist moeten worden om de problemen die in die mix-populatie voorkomen, aan te pakken. Is het niet verbazingwekkend dat door sommige mensen binnen de avls nog steeds die Nederlands/Franse fokster opgehemeld wordt? Onder andere dat echtpaar uit Kapel-Avezaath dat nooit gemerkt heeft dat op hun terrein meer dan 100 puppen geboren zijn. Maar ook (ex)bestuursleden van de avls horen in dat rijtje idolaten thuis.

In feite komt het erop neer dat je een fokker die buiten de Saarlooswolfhond ook fokt met honden van andere, al dan niet aanverwante, rassen moet gaan wantrouwen. En dat je ook de puppen die zo’n fokker aan de man brengt moet wantrouwen.

Critici zullen nu roepen dat er gelukkig DNA profielen van de puppen opgemaakt moeten worden zodat die soort frauduleuze handelingen tot het verleden (gaan) behoren. Men vergeet echter dat een aantal van die grote fokkers heel erg bevriend is met mensen binnen kynologische organisaties. Dan is het voor hen toch heel makkelijk zelf voor dat DNA materiaal te zorgen waardoor nog steeds gefraudeerd wordt. We gaan er natuurlijk wel vanuit dat de chippers van de RvB, die dat DNA-materiaal afnemen allemaal integer te werk gaan. Maar eigenlijk moet gesteld worden dat DNA-afname gerangschikt moet worden onder medisch handelen en derhalve door een dierenarts gedaan moet worden. Ook dan zal fraude niet geheel uit te sluiten zijn, maar het zal veel minder voorkomen omdat zo’n arts natuurlijk wel uit zijn vak gezet kan worden als hij betrapt wordt.

Het laatste, maar nu wederom, opmerkelijk nieuws is te lezen in de nieuwste uitgave van “De Hondenwereld”. Een groot aantal eigenaren van honden, tevens exposant, is gevraagd naar hun mening omtrent het “Welzijnsteam” dat op tentoonstellingen aanwezig is. Uit de antwoorden van een paar mensen krijg ik het idee dat zij geen idee hebben wat de taak van zo’n Welzijnsteam is. Maar de grootste kennis omtrent dit team wordt, hoe kan het anders zou je bijna zeggen, geventileerd door Marianne Eggink. Een persoon die nauwelijks op een tentoonstelling te zien is omdat dat, volgens inzichten van de avls, ingaat tegen de natuur van de Saarlooswolfhond. In haar “wijsheid” merkt zij op en ik citeer
“Welzijnsteams kunnen alleen misstanden aan de buitenkant constateren. Voor mij moet er nog aan toegevoegd worden dat honden die deelnemen aan een show vrij moeten zijn van de in hun ras (VFR) voorkomende erfelijke afwijkingen. Dat zou een duidelijke maatregel zijn, die laat zien dat de Raad de gezondheid serieus neemt”.
Einde citaat.

Uit dit citaat blijkt dat Eggink totaal geen benul heeft van de taak van zo’n welzijnsteam. Die mensen, waarvan velen ongetwijfeld een jarenlange ervaring binnen de kynologie hebben, dienen er volgens mij op te letten dat honden niet urenlang op een tafel in zo’n strop gehangen worden, dat honden niet uren achtereen in een bench alleen gelaten worden waar zij door hun gedrag anderen tot overlast zijn en meer van dat soort dingen. Zo’n welzijnsteam kijkt helemaal niet of het uiterlijk van de hond schadelijk is voor zijn gezondheid, daar zijn in de eerste plaats de dierenarts voor die bij binnenkomst steekproefsgewijs honden kan en mag controleren. In de tweede plaats de keurmeester die de mogelijkheid heeft honden wegens gezondheidsproblemen te laten verwijderen.
Bovendien, hoe wil Eggink dat die controle of honden voldoen aan het VFR van dat ras wordt uitgevoerd? Moeten er speciale mensen bij de ingang komen die allemaal een kopie van de verschillende VFR’s hebben en vervolgens elke hond bij binnenkomst aan de hand daarvan gaan controleren. Nou, dan mag de organisatie wel een week uittrekken om honden binnen te laten komen voor een tentoonstelling. Wordt de veterinaire controle bij binnenkomst weer in ere hersteld, zodat de dierenarts elke hond kan controleren aan de hand van het VFR van dat ras? Net zo tijdrovend. Maar wat te doen met honden waarvan geen rasvereniging is en er dus ook geen VFR bestaat? Of moet het ringpersoneel alle honden bij binnenkomst gaan controleren. In dat geval zal de organisatie een aantal dagen extra uit moeten trekken voor het keuren van alle honden.

Misschien een kromme vergelijking, maar ik kon het toch niet laten. Vroeger werden de deelneemsters aan een Miss-verkiezing uitsluitend beoordeeld op het uiterlijk. Gelukkig wordt er tegenwoordig verwacht dat zij ook de nodige geestelijke bagage bij zich hebben. Maar zoals Eggink het stelt, zouden dan deze dames allemaal een briefje moeten gaan overleggen of binnen hun familie geen erfelijke aandoeningen voorkomen. Bijvoorbeeld jubeltenen, bij- of verziendheid, verhoogde aanleg voor een ziekte, kaalhoofdigheid, enz. Tenslotte dient toch de gezondheid voorop te staan!

Ik kan er niets aan doen. Maar dit soort waanzinnige uitspraken bewijzen duidelijk dat zij volkomen is doorgeslagen. Ik neem niet aan dat dat komt omdat zij te lang met haar neus boven de lijmpot heeft gezeten, maar iets klopt er niet. Ga maar na, er zijn rasverenigingen waar distichiasys fokuitsluitend is, maar Eggink gebruikt een lijder aan deze aandoening om haar teef te dekken. En dan nog spreken over gezondheidseisen.