zaterdag 25 juli 2015

Feestje



Als opening van dit feestje de reactie van mevr. Versnel op mijn vorige stuk. Zij had daar al een eerdere reactie op gegeven, maar heeft nu de tijd gevonden meer tekst en uitleg te geven. Persoonlijk vind ik die uitleg één van de meest belachelijke die ik ben tegengekomen.
Omdat mevrouw op dat moment geen kennelnaam had en de fokster wel, logisch als je de naam van de hond bekijkt, werd besloten het eerste nest onder de kennelnaam van de fokster geboren te laten worden. Let wel, ik ben geen deskundige op dit gebied maar enig logisch nadenken is mij niet vreemd. Althans, vind ik zelf.
Met andere woorden: je bent eigenaar van een teef, wilt een nestje maar hebt geen kennelnaam dus schrijf je haar over op de naam van iemand die wel een kennelnaam heeft en na enige tijd, na de geboorte van het nest dus, laat je haar terug schrijven op je eigen naam.
Als iedere eigenaar van een teef dit zou doen, zou de Raad van Beheer kans zien Paleis Soestdijk op te kopen en te renoveren om daar domicilie te houden.
Waar zit je verstand als eigenaar van een teef. Ik zou niet graag die mensen te gast willen hebben die een nestje fokken, met stamboom uiteraard, die geen kennelnaam hebben. Wat is daar in hemelsnaam mis mee?
Niets. Bovendien kan iedereen die zich in de afstammingen verdiept achterhalen wie de ouders van de pups waren en wie de fokker of fokster. Moet je dan zo nodig de geschiedenis in gaan als fokster alleen doordat je een kennelnaam hebt?
Waar zit je verstand. Het gaat toch om de puppen die je op de wereld laat zetten en niet om je eigen “bekendheid”.

Maar vooruit. Dan komt het. Bij het tweede nest waren eigenares en fokster het niet eens over de reu die Bantu mocht dekken. Neem me niet kwalijk, maar als eigenaar of eigenares maak je dat zelf uit. Je hebt op dat moment geen barst te maken met de fokster van je teef. Die zou hooguit, als “deskundige van het ras en de foklijnen”, waar ik overigens mijn grote twijfels over heb, kunnen adviseren. Maar je maakt het als eigenaar nog altijd zelf uit.

Het grappige, en zelfs feestelijke hiervan, is dat dit de laatste, in elk geval, meer dan twintig jaar ook bij de NVSWH al het geval was. De vereniging adviseerde, maar de eigenaar besliste. Jammer dat dit bij de tegenstanders van de NVSWH nog steeds niet is doorgedrongen. Maar ja, die hebben een meters dikke plaat beton voor hun hoofd zodra onze vereniging ter sprake komt. Zo wist een zeer bekende fokster uit Noord-Brabant vele jaren mensen te misleiden met de mededeling dat je bij de NVSWH nooit eigenaar van een hond kon worden omdat alle honden op naam van de vereniging bleven staan. Dat zij hiermee haar eigen stomheid ventileerde maakte niet uit, maar dat mensen dat ook nog geloofden was nog schrijnender. Met excuses voor deze tussenstap.

Dus de eigenaresse besloot toen haar eigen kennelnaam aan te vragen om Bantu een nestje onder die naam te laten krijgen. Dus toch naamsbekendheid voor de fokster. Zonder kennelnaam had dat nest ook geboren kunnen worden. Datzelfde geldt voor dat derde nest. Ook nu weer geldt: er zijn meerdere eigenaren die hun teef meerdere nesten laten krijgen zonder kennelnaam. Met andere woorden, dat argument is quatsch.

Ik, en voor de duidelijkheid ik ben alleen dus de suggestie “jullie” gaat niet op, vroeg me alleen af of Bantu na die drie nesten naar een ander zou gaan om daar onder weer een nieuwe eigenaar een vierde of zelfs vijfde nest op de wereld te zetten. Gelijk andere fokkers menen te moeten doen. Dat zij veel voor de eigenaresse betekent, siert die mevrouw en het is fijn voor de hond dat zij “mag” blijven.

Het zal ongetwijfeld zo zijn dat het prachtige pupjes zijn. Uiterlijk wel te verstaan. Maar dat zijn pups bijna altijd, prachtig. Alleen de afstamming is niet helemaal zoals het is. Beide ouders komen uit de lijn van C. z. Polonin, die TWH. Bovendien zit aan moederskant ook nog eens Perneault. Volgens berichten op internet mogelijk ook een TWH. Maar vooruit, weer een bewijs dat de outcross door de avls niet helemaal noodzakelijk of dringend was. In elk geval geldt: het was uw feestje.

Heel veel leden hebben het altijd een feest gevonden lid te zijn van onze vereniging. Bijeenkomsten waren altijd gezellig, de clubmatch was meer een feestje dan een tentoonstelling.
Na de gebeurtenissen in 2012 kreeg echter menigeen het idee dat dat verleden tijd was geworden. Het tegendeel blijkt.
Al enige tijd ging het gerucht dat ons, inmiddels oud, bestuurslid Joost van Asten zijn functie had neergelegd omdat ook hij tot de ontdekking was gekomen dat de bestuursvergaderingen inderdaad op een “naaikransje” of “theekransje” leken. Precies wat in 2012 door de toenmalige penningmeester, Frits Pielanen, werd beweerd en welke opmerking de basis vormde voor de bestuurscrisis binnen de NVSWH. U weet wel, dhr. Pielanen moest zijn excuses aanbieden, per direct zijn functie neerleggen maar wel beschikbaar blijven om cursussen te geven. Dat alles in opdracht van dhr. Verbeeck, die per slot van rekening “DE VOORZITTER” was.
Het hele bestuur, dhr. van Asten incluis, viel over de kwalificatie van de bestuursvergadering.
Het schijnt dat eerder dit jaar dhr. van Asten middels een mail dezelfde bewoordingen gebruikte om zijn aftreden te rechtvaardigen. Het zou hem dus sieren wanneer hij die opmerking ook ventileert tijdens dat afscheidsetentje. Dan ben je pas echt een vent.

Wat blijkt. Dhr. van Asten heeft besloten, met zijn hele gezin en honden, te emigreren. Zijn goed recht als hij denkt in een ander land een betere toekomst te kunnen opbouwen. Daar gaat het niet om.
In verband met dat vertrek schijnt men echter plannen te hebben om met de eigenaren van de puppen, hopelijk van alle nesten die bij hem geboren zijn, een wandeling te organiseren en daarna ergens uit eten te gaan. Of hem te gaan uit-eten. Het is maar hoe je de klemtoon legt.
Dat zal een feest worden als iedereen komt. Tenslotte zijn er toch een aantal nesten bij hem geboren. Zal een beste drukte geven. Zeker met alle honden erbij.

Maar, wie betaalt dat? Wordt van alle deelnemers een bijdrage gevraagd of wordt dit hele feest door de NVSWH betaald? Een manier om dhr. van Asten te bedanken voor al zijn werk, wat je daar onder moet verstaan, in het bestuur. Geen idee wat zijn taken waren. Of is het om het feit te vieren dat hij ophoepelt. Kan natuurlijk ook zo maar zijn. Tenslotte is het huidige bestuur niet te beroerd het geld door de leden opgebracht aan de meest nutteloze zaken uit te geven.
Je zou bijna “gemeen” gaan denken. Afgelopen jaren heeft het bestuur, waarschijnlijk op instigatie van de Voorzitter, regelmatig taxi-kosten vergoed voor één of meer oudere leden die de ledenvergaderingen en mogelijke andere evenementen wilden bijwonen. Gaat men dan ook nu de reiskosten voor het gezin van Asten vergoeden?
Het zal vast niet het geval zijn, hoewel je van dit bestuur alles wat onbegrijpelijk is, kunt verwachten.

Zo wordt het plan om uiteindelijk ook over te gaan tot een outcross ook als een feestje gezien bij de leden. Vooral omdat men de voorkeur schijnt te geven aan Saarlooswolfhonden van buiten de NVSWH.
Klopt helemaal dat je die honden als outcross moet zien. Maar dan wel een populatie die stijf staat van de erfelijke gebreken. Ik heb daar al eens eerder over geschreven. Je bent dan toch echt niet goed bij je hoofd en je geeft onmiddellijk blijk van een totaal gebrek aan inzicht in de fokkerij, de erfelijkheid, enz. enz. Maar dat was al bekend. Binnen de NVSWH heeft niemand die kennis in huis en zeer zeker binnen het huidige bestuur is al helemaal niemand  die over die materie kan vertellen.

Met grote regelmaat bezoek ik de website en de FB-pagina van onze vereniging. Ook dat is steeds weer een feestje. Alleen, het is wel een rotfeestje en het noopt je tot heel snel vertrekken. Nieuws? Ver te zoeken. Of u moet met een gelukzalige lach op uw gezicht ’s avonds het bed induiken vanwege de tentoonstellingsuitslagen waar men het over heeft. Op de website wel te verstaan. Dat is schijnbaar het enige waar men over kan berichten. Het blijft een trieste zaak dat je als vereniging niet eens kans ziet een behoorlijke website te onderhouden. Behoorlijk in die zin dat er voor liefhebbers en geïnteresseerden iets te lezen valt, anders dan wat men op tentoonstellingen her en der in Europa gepresteerd heeft.
Niet gelijk verwijzen naar Facebook voor meer informatie. Dat is een dusdanig medium dat vanwege de vele “Vind ik leuk” vingertjes en het commentaar dat de lezers weten te produceren de gezochte informatie de nodige scroll- of klikbewegingen vereist om iets terug te vinden. Maar goed, het is het feestje van ons dynamische bestuur.

Nee, dan de aankondiging dat met het nodige trompetgeschal en wapperende vaandels het boek dat die avls-redacteurtjes geschreven hebben aan de Raad gepresenteerd wordt. Het boek dat de waarheid omtrent de Saarlooswolfhond moet openbaren. Houdt u wel in de gaten dat de naam Saarlooswolfhond pas in 1975 ontstaan is, dus zes jaar na de dood van dhr. Saarloos. Of moet het boek gaan over de inspanningen van dhr. Saarloos zelf. Dat zou kunnen, maar dan is het dus een lofzang op Leendert zelf. Ik hoop dat er, met excuses voor het platte gebruik, genoeg veren zijn om die postuum in zijn achterste te stoppen.
Ik heb al eerder hierover geschreven.
Je moet bewondering hebben voor het werk van Saarloos, want wie begint in hemelsnaam aan zo’n karwei. Maar je moet ook realist zijn en toegeven dat hij er op het laatst een gigantische puinhoop van gemaakt heeft.
Ik hoop, mocht zijn dochter ook ter sprake komen, dat de uitspraak van haar in een vrouwenblaadje van vele jaren terug ook te lezen valt. Namelijk dat zij “helemaal klaar was met het ras en er niets meer mee te maken wilde hebben en daarom overstapte op de Tsjechoslowaakse Wolfhond omdat dat ras haar veel meer plezier verschafte”. Nou, we hebben het gemerkt. Beide rassen naar de knoppen gefokt door, ongetwijfeld vele, kennissen van haar. Waaronder die Nederlands/Franse fokvriendin. Maar een feestje dat dat gegeven zal hebben!

Wordt in dit boek ook vermeld dat in opdracht van de dochter en/of beide dames de honden bij dhr. v. Rhijn weggehaald en dezelfde dag nog afgemaakt werden.

Volgens mij, maar dat kunnen anderen ongetwijfeld beamen, werd door de NVSWH bij de presentatie van het tweede boek over de SWH juist nadrukkelijk opgemerkt dat slechts summier het leven van Leendert Saarloos behandeld werd. Slechts de relevantie tot zijn fokkerij was van belang. De rest niet. Daarom is dat van de vorige alinea ook niet uitgebreid in het boek van de NVSWH opgenomen.

Intussen is er nog meer feestelijk nieuws. Onze grote Zeeuwse vriend heeft toch maar besloten weer een pup aan te schaffen. Hij wil er mogelijk zelfs in de toekomst mee gaan fokken. In elk geval hangt ook daar de vlag uit, want iemand vindt het op facebook al nodig hem als topfokker te bestempelen. Ik zou maar gelijk een lintje gaan aanvragen voor die man. Topfokker, laat ons niet lachen. Als je topfokker bent, weet je van alle honden die je inzet voor je fokkerij wat de afstamming is.
Onze importmossel echter niet. Hij gebruikt een reu die een bijna directe nakomeling is van een kruising met een TWH reu en ook nog eens drager van erfelijke aandoeningen. Kijk, als je dat niet weet terwijl je beweert alles van de SWH en hun afstammingen af te weten, sta je natuurlijk goed in je hemd. Dus in het vervolg zullen we bij hem dat “top” bij fokker maar weglaten en hopen dat hij zich houdt bij zijn andere hobby. Iets met tractors geloof ik. Wie weet, is hij op dat gebied wel net zo bekwaam als met de SWH. Dat zou pas echt een feest zijn.

zondag 5 juli 2015

Verhaaltjes



Op mijn vorige stuk kwamen van twee lezers reacties. Volgens mevr. Versnel zat ik er naast met mijn opmerkingen en moest ik haar maar een mailtje sturen om de ware toedracht te vernemen. Dan kon ik dat in een volgend artikel eventueel verwerken. Omdat ik dat toch wel een omslachtige weg vond, heb ik dat ook laten weten en haar gevraagd dan zelf maar de ware toedracht te openbaren. Daarmee zouden natuurlijk eventuele fouten van mijn kant voorkomen worden. En ja hoor. Zoals verwacht. Geen antwoord meer. Eerlijk gezegd had ik daar ook niet op gerekend. In de loop der jaren ben ik er achter gekomen hoe het gros van de avls-leden in elkaar steekt. Een grote mond, maar wanneer om feiten gevraagd wordt niet thuis geven.
Waarschijnlijk ben ik verder duidelijk genoeg geweest in mijn reactie richting dhr. of mevr. van Veenendaal omdat ook deze niet meer gereageerd heeft.

De “Nationale” is inmiddels weer achter de rug. Voor wie nog niet weet wat hiermee bedoeld wordt, dat is de CAC tentoonstelling uitsluitend voor de negen Nederlandse Hondenrassen.
Wederom is verkozen tot beste Saarlooswolfhond een hond gefokt door de NVSWH. Dan moet er toch een lichtje gaan branden bij de deelnemers die geen lid zijn van onze vereniging.
Voor dat u met allerlei insinuaties komt, we gaan ervan uit dat de keurmeester naar eer en geweten keurt, dus zonder aanzien des persoons. Ik heb van een aantal van mijn lezers vernomen dat de keurmeester op deze tentoonstelling goed weet hoe een Saarlooswolfhond eruit dient te zien, hoe die moet lopen, enz. enz. Alle, voor mij onbegrijpelijke, zaken waaraan een hond op een tentoonstelling moet voldoen.

Omdat, mag ik schrijven alweer, een hond van de NVSWH tot beste van het ras verkozen is loopt de organisatie natuurlijk het risico dat eigenaren van honden gefokt buiten de NVSWH voor volgende editie van dit evenement niet meer inschrijven. In een aantal gevallen meer dan logisch, maar gelet op de overige honden van buiten de NVSWH moet ik toegeven dat er een aantal bij waren die toch behoorlijk het “ideaal” plaatje benaderen.
Toch, ik heb het niet geteld, blijkt het merendeel van de ingeschreven honden van leden van de NVSWH te zijn.

Dit roept natuurlijk vragen op.
Waarom niet meer honden van buiten de NVSWH ingeschreven voor deze tentoonstelling?
Is dat omdat de eigenaren zich er al duidelijk van bewust zijn dat hun hond, ondanks dat papiertje met de rasbenaming Saarlooswolfhond, niets met een SWH van doen heeft?
Is het, in het geval van eigenaren lid van de avls, het besef dat “de Saarlooswolfhond geen tentoonstellingshond is en dat gerespecteerd dient te worden”,  conform de uitspraak van het orakel van de avls, dat men niet inschrijft?
Als dat zo is, heeft mevr. Eggink dan lak/schijt aan de gedachtegang/uitspraak van haar (v)echtgenoot omdat zij wel had ingeschreven en er zelfs met een eerste plaats in haar klasse vandoor is gegaan. Mocht dat zo zijn, dan staat die Rotterdamse wijk nog wat vuurwerk te wachten.

In eerste instantie kreeg ik het idee dat er slechts één hond van de NVSWH voor die show was ingeschreven. Althans, zo deed een aankondiging op internet de argeloze lezer vermoeden. Piet Paulusma verkondigde het weer vanaf deze locatie en het leek erop dat alleen mevrouw Broek van de NVSWH met haar hond aanwezig was. Kwestie van verkeerd taalgebruik bleek achteraf. Jammer genoeg kunnen we “verkeerd taalgebruik” bij de NVSWH niet meer als een incident afdoen.

Doorgaand op het onderwerp Tentoonstelling kreeg ik een verwijzing toegestuurd naar een Facebook pagina waar SWH eigenaren de tentoonstellingsuitslagen van hun honden kunnen openbaren. Twee uitslagen vond ik opzienbarend genoeg om daar over te verhalen. Allereerst de uitslag van een show in Zweden. Foto van de hond erbij en de mededeling dat de keurmeester, een Nederlandse All-Round keurmeester, deze hond een typisch voorbeeld van een Saarlooswolfhond vond. Nou kan je van een all-round keurmeester niet verlangen, hoewel dat wel zou moeten, dat hij alle erkende hondenrassen tot in detail weet te omschrijven. Het lijkt mij daarom logisch dat iedere keurmeester de dag voorafgaand aan de show nog eens de rasstandaarden van de te keuren rassen doorneemt. Dan had deze All-Round keurmeester ook kunnen zien dat de kleur van de betreffende hond helemaal niet rastypisch is. Toegegeven, het dier heeft een mooi hoofd, maar de kleur klopt voor geen meter. Dus dat keurrapport moeten we maar gebruiken om de bbq aan te steken. Ik ben ook bang, dat als deze eigenaar of eigenaresse met deze hond op een tentoonstelling komt waar een echte rasspecialist aanwezig is, de uitslag heel wat minder rooskleurig zal zijn.

Dat mijn bewering niet op verzinsels gebaseerd is, blijkt uit de uitslagen van een andere hond en deze keer op een tentoonstelling in Duitsland. De eerste dag bij een Duitse Keurmeester krijgt de hond een “G”, de tweede dag bij een keurmeester uit Cyprus een Uitmuntend. Nou kan het best zijn dat de hond op zaterdag niet in goede doen was, maar een dusdanig groot gat tussen beide kwalificaties roept toch vragen op. Als je dan ook nog ziet dat die Cypriotische keurmeester, in vergelijking met andere keurmeesters en afgaande op zijn foto, toch nog redelijk jong is moet je toch vraagtekens zetten bij zijn capaciteit als Allrounder.
Dan ga je toch veronderstellen dat in sommige landen het allrounderschap wel erg makkelijk gegeven wordt. In de trant van: “Ah, u weet dat dit dier een hond is, u heeft gezien dat het een hij is en u weet dat er 10 rasgroepen door de FCI onderscheiden worden. U weet zelfs dat het hoofdkwartier van de FCI in België gevestigd is. Uw eigen honden hebben hier de nationale  kampioenstitel behaald, en zijn zelfs Internationaal Kampioen. Van harte. U bent vanaf nu All-Round Keurmeester”.
Het zal natuurlijk niet helemaal zo gaan, maar af en toe bekruipt je toch dat idee als je zo links en rechts hoort wat sommige keurmeesters er van bakken. Ze worden ingezet om rassen te keuren waar ze nog nooit van gehoord hebben en hebben daarom de grote honden-encyclopedie nodig om te weten hoe dat ras eruit zou moeten zien.
En daar betaal je als exposant dan rond de 50 euro of meer voor. Maar, dat is een vrijwillige keuze.

Intussen zijn we afgelopen dagen ook verblijdt met het nieuws dat weer een boek over de Saarlooswolfhond het licht gezien heeft. Geschreven door twee mensen die het minste verstand van dit ras hebben, Johand Berends en Helga Lieftink. De voorbeeldpagina’s op de website die in het leven geroepen is voor dit boek doen al het ergste vrezen.
Zo te zien wordt zeer uitgebreid ingegaan op het leven van Leendert Saarloos. Het lijkt erop alsof men bij de Paus een poging gaat doen hem heilig te laten verklaren. Sint Leendert, of iets dergelijks.
Het begint er al mee dat men, zo te lezen, uitgebreid ingaat op zijn werk als kok. Ik vind het te ver gaan hem te vergelijken met de Jonny Boer uit begin jaren 1900. Gelet op zijn taalgebruik zou hij eerder lijken op die bekende Engelse TV-kok. Maar vooruit, hij kon schijnbaar goed koken. Maar is voor het ontstaan van zijn creaties natuurlijk van nul en generlei waarde.

Nou moeten we natuurlijk zo eerlijk zijn om toe te geven dat Leendert Saarloos een gigantisch werk verzet heeft. Zeker in de crisis- en oorlogsjaren. We moeten echter ook onmiddellijk erkennen dat hij ons geen nieuw ras heeft nagelaten. Bij zijn overlijden was de hele populatie nog steeds een bastaardhond in vele verschijningsvormen. Niets leek op elkaar, alle honden waren in handen van Leendert en na zijn overlijden zijn erfgenamen. Redenen genoeg om de creatie niet als ras te erkennen.
Op internet is al eens eerder geschreven hoe oude Dordtenaren zich Leendert herinneren. Als een man die gigantisch liep te vloeken en tieren tegen zijn honden maar ook niet vies was van het uitdelen van een forse trap wanneer ze een oefening niet naar zijn zin uitvoerden. Zelfs in die tijd vond men het al vreselijk wanneer er weer eens “een tapijt van hondenlijken met ijzerdraad aan elkaar gebonden” in de rivier dreef.
En als je dan ook nog eens je vrouw, de tweede welteverstaan want voor zijn eerste had hij, naar verluidt, een heilig ontzag, opsluit in het kippenhok omdat je vindt dat zij kakelt als een kip, zal die heiligverklaring toch wat deukjes oplopen.

Uiteraard geven andere voorbeeldpagina’s aan hoe beide redacteuren staan tegenover het werk dat door de NVSWH, leden en bestuur, in de jaren na de erkenning van het ras verricht is. Zij hebben ervoor gezorgd dat de Saarlooswolfhond een duidelijk herkenbaar ras is geworden en niet langer als allegaartje door het kynologische leven ging.
Zonder twijfel zal ook het jaar 1982 weer uitgebreid behandeld worden. Hoe erg het was wat de NVSWH een aantal leden aandeed, enz. enz. Natuurlijk wordt er aan voorbij gegaan, althans dat ligt in de lijn der verwachting, dat Marijke in dat jaar tijdens die ALV toegaf een rotzooi gemaakt te hebben van de fokkerij. Zo zal er ongetwijfeld aan voorbij gegaan worden dat de “ingehuurde deskundige” (Ido V.) achteraf helemaal niet zo deskundig was en geen barst van de fokkerij snapte. Zelfs in een brief aangaf niets meer met dat “rot ras” van doen wilde hebben. Dan toch jaren later onder zijn kennelnaam een nestje Saarlooswolfhonden fokken, terwijl hij het ras nog nooit in het echt heeft gehad. Alleen op papier of zijn kennelnaam ter beschikking heeft gesteld van een hele bekende vermeerderaarster!

Zo zal het mij niet verbazen dat men er ook aan voorbij zal gaan dat vanaf midden jaren 80 van de vorige eeuw door, nog steeds actieve, fokkers honden van andere rassen doorgekruist zijn en waarvoor door middel van fraude stambomen zijn verkregen. Sommige van die fokkers niet toevallig eigenaren die in 1982 uit de NVSWH werden gezet. De bewijzen zijn er, alleen niet bij de redacteuren van de avls, dus blijven zij dat ontkennen. Hierbij geholpen door de Raad van Beheer die het bewijsmateriaal dat de NVSWH heeft geleverd weigert door te nemen. Ik ben benieuwd of in het boek ook die Nederlands/Franse fokster genoemd gaat worden, waar Johan destijds op zijn weblog zo lovend over sprak.
Het roept dan gelijk de vraag op waarom een groot aantal Franse fokkers van de Saarlooswolfhond toegeven dat dank zij die bewuste mevrouw de hele populatie in Frankrijk naar de knoppen gefokt is. De naam Skog wordt hierbij veelvuldig genoemd.

Zo zal het mij ook niet verbazen wanneer een inmiddels overleden keurmeester ten tonele gevoerd gaat worden. Deze mevrouw, iedereen snapt dat ik mevr. Brooijmans-Schallenburg bedoel, was in 1975 één van de pleitbezorgers voor de erkenning van het ras. Men vergeet hierbij wellicht voor het gemak dat zij tevens pleitbezorgster was bij de FCI de Saarlooswolfhond en de nog te erkennen Tsjechoslowaakse Wolfhond op één hoop te gooien. Gelukkig dat dat onzalige voorstel niet verder is gekomen dan de prullenbak waar het ook uiteraard in thuis hoorde. Gelukkig voor de Saarlooswolfhond omdat beide rassen onverenigbare karakters hebben.

Zo zal het mij ook niet verbazen wanneer in dit boek ook het beruchte jaar weer van stal gehaald wordt waarin naast Johan en zijn vrouw Marianne nog een aantal leden van de NVSWH geroyeerd werden. Die overige leden trouwens vanwege hun wangedrag tijdens die ledenvergadering.
Ik ben ook bang dat dit voorval aangehaald wordt om de erkenning van tweede, derde, vierde enz. rasverenigingen per ras te vieren. Een constructie waar, zo blijkt van diverse kanten, nog steeds de meerderheid binnen de kynologie van gruwt. Simpelweg omdat er mensen zijn die, wanneer zij geen kans zien via democratische weg binnen hun vereniging hun eigen zin door te drijven, gelijk een nieuwe vereniging in het leven roepen. Sommige rassen zijn zo klein van omvang (populatie) dat het zelfs voor één enkele vereniging al moeilijk genoeg is het ras te vertegenwoordigen en dan wordt het publiek ook nog eens opgezadeld met twee of drie verenigingen voor dat ras. En alle erkend door de Raad van Beheer.
Omdat iedereen weet hoe dat destijds gegaan is, ga ik daar maar niet verder op in.

Maar wilt u werkelijk dat boek bestellen en de auteurs een “veer in het achterwerk” steken, niemand houdt u tegen. Als je wilt schrijven over de Saarlooswolfhond, prima. Maar dan alle loftuigingen, heiligverklaringen, verketteringen, enz. enz. achterwege laten. Zonder het boek gelezen te hebben, ik ben ook niet van plan het te bestellen, vrees ik dat het weinig tot niets met het ras te maken heeft. Het zal meer gaan om de verheerlijking van Leendert, de verkettering van de NVSWH en het op de schouderkloppen van alle rasvernielers die er rond lopen. Misschien heb ik het mis, maar echt onpartijdige berichtgeving hieromtrent zal ik niet verwachten.

Om toch heel positief te eindigen: de organisatie van de Openlucht show in Echt van dit weekeinde heeft besloten de tentoonstelling af te gelasten vanwege de verwachte extreme weersomstandigheden. Triest alleen, en een smet op dit positieve nieuws, is de vraag van een exposante hoe het met haar inschrijfgeld zit. Krijgt ze dat terug of niet. Dit tekent dus de interesse van deze eigenaresse. Geld is belangrijker dan de hond.