Nog niet zo lang geleden verzuchtte een Franse fokker dat
het moeilijk was voor de teef een geschikte reu te vinden, omdat onder de
voorouders diverse malen Skog en Zazi Zen voorkwamen. Niet zo vreemd natuurlijk
wanneer je de achtergrond van de fokkerij in Frankrijk gaat bekijken.
Dankzij o.a. onze alom bekende, ik hou het netjes vanwege het nieuwe jaar, Frans/Nederlandse fokster zijn beide reuen massaal ingezet in de Franse fokkerij. Maar ook in de landen daarom heen kom je in veel stambomen Skog tegen.
Dankzij o.a. onze alom bekende, ik hou het netjes vanwege het nieuwe jaar, Frans/Nederlandse fokster zijn beide reuen massaal ingezet in de Franse fokkerij. Maar ook in de landen daarom heen kom je in veel stambomen Skog tegen.
Het is duidelijk dat je dan niet kunt spreken van een fokker
met hart voor het ras. Zeker moet je die fokker niet ophemelen en doen alsof
die over de Saarlooswolfhond de wijsheid in pacht heeft. Integendeel. Je kunt
beter spreken van een fokker met kennis van de bankrekening.
Maar ook de andere Franse fokkers dienen zich heel sterk
achter de oren te krabben. Men is in zijn algemeenheid mede verantwoordelijk
voor de grote puinhoop die is ontstaan. Fokkers die het ene nest na het andere
produceren, fokkers die bijna 10 verschillende rassen fokken, enz. kan men niet
scharen onder de noemer “hart voor het ras”.
Ik wijs alleen maar op wat ik onlangs schreef over die
broer/zus dekking, waarbij voor het gemak een andere reu werd opgegeven en die
moeder/zoon dekking in Noorwegen. Ook dat opgeven van een andere reu als vader
zijn praktijken waarvan men in de SWH-wereld al lang van op de hoogte is.
Volgens informatie hebben daarom de eigenaren van de beide
witte Saarlooswolfhond reuen een dringend verzoek gekregen vanuit Frankrijk hun
honden voor de Franse fokkerij beschikbaar te stellen. Net zoals, volgens
diezelfde eigenaren, ook vanuit het buitenland bedragen tussen € 35.000,00 en €
45.000,00 werden geboden voor een witte teef en een witte reu toen die pas
geboren waren. Dan ben je toch echt van het padje geraakt als je zo’n bod doet.
Aan de andere kant is het wel logisch. Buiten onze
vereniging komt die kleur niet voor, althans niet als raszuivere
Saarlooswolfhond. Daarom riepen AVLS leden jarenlang als er weer een dekking
bekend gemaakt werd niet voor niets: “Ik hoop dat er wit in zit”. Dat dat tot
op heden nooit het geval is geweest, is ook niet vreemd. Althans niet, volgens
de kenners bij de NVSWH, als je de stambomen van je honden goed uitpluist.
Daaruit bleek dat bij de honden buiten de NVSWH het gen voor wit helemaal niet
voorkomt.
Dan krijg je ook het idee dat dat de reden was dat de AVLS
zo nodig een witte herder moest inkruisen. Waarbij iedereen weet dat het zo
niet werkt, tenminste als je iets van genetica afweet.
Nemen we verder in ogenschouw die vreemde kleuren die buiten
Nederland bij de Saarlooswolfhond voorkomen, zoals die chocoladekleurige in het
oosten, ik zal de naam niet noemen omdat anders de eigenaresse weer komt met de
mededeling dat hij aan de standaard van haar land voldoet (wat onzin is
natuurlijk), en die zwart-witte uit Frankrijk (Jazz de Loups de Leendert), dan
snapt u waar ik op doel.
Dat de hele populatie buiten de NVSWH een puinhoop is, is al
vaker verwoord. Op een Engelstalig forum van de TWH was al eens te lezen over
de praktijken bij de Finse kennel Wolfsirius. Nu blijkt ook dat bij de
Hongaarse kennel Crying Wolf op grote schaal gefraudeerd wordt. In elk geval
bij de TWH. Maar deze kennel schijnt ook massaal Saarlooswolfhond-kruisingen te
verkopen naar onder meer Italie. Men moet dan niet vreemd opkijken wanneer die
honden plotsklaps met een FCI-stamboom rondlopen en weer in de fokkerij worden
ingezet.
Vergeleken met de NVSWH mag de voorzitter van de AVLS
terecht spreken van een vruchtbaar jaar met 39 puppen die het daglicht zagen.
Daar kan de NVSWH dus nog wat van opsteken. Dat ook van Wattum niet wars is van
enige pocherij blijkt wel uit zijn uitspraak over dat boek van die uiteverij
LieBer dat dat het nieuwe standaardwerk over de SWH is. Laten we eerlijk zijn,
van mensen die, vergeleken met leden en ex-leden van de NVSWH geen klap van het
ras weten kan je niet verwachten dat zij een “standaardwerk over de SWH”
schrijven. Zelfs gebruikmaking van het archief van Leendert Saarloos helpt
daarbij niet.
Ook in het stukje “Onze Doelstelling” is men al te
optimistisch wanneer men schrijft dat “het geen hond voor iedereen is maar voor
een kleine groep liefhebbers”. Dit neigt naar de meest komische uitspraak van
2015. “Kleine groep liefhebbers” Ik heb me gewaagd aan een telling van het
aantal nesten en puppen over 2014 en 2015. Dan kom ik voor 2014 al op ruim 300
puppen en voor 2015 eveneens op meer dan 300, zelfs nog meer dan in 2014. Daarbij rekening houdend met het
feit dat een aantal nesten mogelijk nog niet eens bekend is. Moet wel zeggen
dat bij deze aantallen ook de mix-gevallen die als Saarlooswolfhond door het
leven gaan meegeteld zijn.
Dus met meer dan 300 puppen per jaar, fokkers verspreid over
een groot deel van Europa en zelfs één in Brazilie, kan je niet meer spreken
van een kleine groep liefhebbers.
Het enige positieve aan deze aantallen is dat de lijnen
steeds verder uit elkaar gaan en, ondanks een zoektocht, de noodzakelijkheid
tot het doen van een outcross steeds kleiner wordt. Maar ja, als je dan verder
leest in dat avls-blaadje krijg je het idee dat bepaalde mensen daar
uitsluitend gefixeerd zijn op het doen van outcrosses. In zijn artikel
“radicale ommezwaai is nodig in rashondenland” laat Johan dat nog eens
overduidelijk zien. Hij verwijst naar een uitspraak van de “Dierenbescherming”
over het openstellen van de stamboeken. Je vraagt je daarom af waarom hij
destijds zo nodig aan een rashond begon. Had het dan bij een bastaard gehouden,
want dat zijn in feite de nakomelingen uit al die (il)legale outcrosses.
Bovendien blijkt zijn afkeer van de “rashond” ook nog eens uit zijn opmerking dat op een clubmatch de vice-voorzitter van de RvB de voorkeur gaf aan een bepaald groepje Saarlooswolfhonden omdat die zo mooi homogeen waren. Johan vergeet er alleen bij te vermelden dat die honden van de NVSWH waren, dat de honden van zijn kluppie daar niet aan konden tippen en dat de kennis van de NVSWH ervoor gezorgd had dat die groep zo homogeen was. Dat je juist daardoor in één oogopslag kon zien met welk ras je te maken had snapt hij niet helemaal of helemaal niet.
Bovendien blijkt zijn afkeer van de “rashond” ook nog eens uit zijn opmerking dat op een clubmatch de vice-voorzitter van de RvB de voorkeur gaf aan een bepaald groepje Saarlooswolfhonden omdat die zo mooi homogeen waren. Johan vergeet er alleen bij te vermelden dat die honden van de NVSWH waren, dat de honden van zijn kluppie daar niet aan konden tippen en dat de kennis van de NVSWH ervoor gezorgd had dat die groep zo homogeen was. Dat je juist daardoor in één oogopslag kon zien met welk ras je te maken had snapt hij niet helemaal of helemaal niet.
Maar ik zou netjes blijven.
Het is in dit licht bezien dan ook vreemd dat de AVLS een
cursus hondenfokken gaat verzorgen. Als homogeniteit niet belangrijk is en als
het openstellen van een stamboek zo belangrijk is en al helemaal als je als
vereniging niet liever wilt dan weer een outcross toe passen, heb je toch geen
cursus nodig.
Bij honden heb je nog altijd een reu en een teef nodig om
samen voor nageslacht te zorgen. Voor alle duidelijkheid, ook in de
mensenwereld is dat zo ongeacht of zo’n kind opgroeit bij ouders van gelijk
geslacht of niet. Die paar gevallen van “onbevlekte ontvangenis” laten we
buiten beschouwing.
Trouwens, hoe stelt Johan het zich voor in de
mensenmaatschappij waar heel vaak aan de kinderen te zien is uit welke familie
zij stammen? Ook daar dan verplicht een outcross?
Dus na het openstellen van de stamboeken maakt het niet meer uit hoe een ras eruit komt te zien.
Desondanks zijn mogelijk bij onze vereniging de fokperikelen
nog groter, zoals ik al eerder schreef. Kijk maar naar de laatste nesten die
geboren zijn. Een knappe jongen of meid die nog een geschikte partner voor die
hondjes weet te vinden waardoor het IC omlaag gaat. Natuurlijk zonder outcross.
Kijk maar:
Abel x Norah in 2012: Brego en Trigger als voorouders.
Luthor x Norah in 2013: Tmoreeke, Brego en Trigger als
voorouders.
Joscha x Kayleigh ook in 2013: Brego en Trigger
Kiron x Loïs in 2015: Trigger en Brego.
Dat betekent ook dat, wanneer je de honden uit die nesten
gaat nemen en je uitsluitend kijkt naar het inteeltpercentage je geen
mogelijkheid meer hebt. Het IC gaat oplopen tot boven de 60% en dat is veel
hoger dan wenselijk geacht wordt door alle deskundigen. Dit betekent dus ook,
dat de eigenaren van de teven uit deze nesten, gebaseerd op deze cijfers, niet
anders kunnen dan buiten de NVSWH op zoek te gaan naar een gezonde partner. Of,
en die mogelijkheid is natuurlijk heel groot, komt de NVSWH tot het besef dat
ook zij gedwongen zijn een hond van een ander ras in te kruisen. Als dat besef
komt, hoop ik wel dat men niet gaat kijken naar dezelfde rassen als waar de
AVLS het oog op heeft laten vallen. Zou men kiezen voor Saarlooswolfhonden van
buiten de NVSWH, en die kans is natuurlijk heel erg groot, dan is het te hopen
dat men goed kijkt naar de lijnen waar die honden uitkomen en ervoor zorgt dat
die grote hoeveelheid erfelijke afwijkingen van die populatie niet ingekruist
worden. Jammer genoeg zal zo’n outcross voor een aantal van de huidige honden
te laat komen als de eigenaren zich blijven houden aan de regels van de NVSWH.
Dat de NVSWH gewild of ongewild officieel meewerkt aan het
inkruisen van onze raszuivere en gezonde honden in een bastaarden en ongezonde
populatie is al duidelijk geworden. Of geloof men nu werkelijk dat die reu die
naar Rusland verkocht is niet daar gebruikt gaat worden? Bijvoorbeeld bij die
lijn met die chocoladekleurige hond?
In ieder geval hoop ik dat u maar nog meer uw honden de
Oudjaarsnacht veilig zijn doorgekomen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten