vrijdag 9 januari 2015

Een goed begin ....



Ik hoop voor iedere Saarlooswolfhondenliefhebber dat 2015 een goed jaar zal worden, zowel voor hem of haar en de familie persoonlijk als voor de honden. Met de populatie zelf zal het wel weer gaan als vanouds. Bij de avls fokt men zich een slag in de rondte, terwijl bij de NVSWH bij de leden gebedeld moet worden om medewerking van de teven-eigenaren. 

Ook een volgende outcross zal dankzij de avls het licht zien. Ben benieuwd met welk van erfelijke afwijkingen behept ras men nu weer op de proppen komt. Geen Witte Herder, die hebben we al gehad. Dus zal het zeer waarschijnlijk zijn zeer naaste familielid de Duitse Herder worden. Tenslotte is die vele jaren geleden voor het laatst ingekruist. Hetgeen we weer niet kunnen zeggen van de TWH. Een ras dat zijn sporen, letterlijk en figuurlijk, al vele malen heeft nagelaten in de populatie. De laatste voorkeur van die deskundige outcross-commissie was de Hollandse Herder. Ik heb alleen geen signalen ontvangen dat dit ras ooit ingekruist is door één of andere, destijds, frauduleuze onverlaat. Dit zegt echter niets, sommige zaken blijven in het duister. Afwachten dus.

Het laatste clubblad van de NVSWH van 2014 was eindelijk weer eens blad met wat meer interessante informatie dan voorheen, maar eerlijk gezegd is het echt niet om over naar huis te schrijven. Desondanks blijf ik van mening dat het gebruikte lettertype meer is voor de oudere leden van onze vereniging dan voor de jongere garde. Die laatste categorie heeft over het algemeen nog geen leesloep nodig. Ik heb hier al vele malen eerder over geschreven, maar het helpt toch niet. Waarschijnlijk zijn mijn mede-leden hier wel tevreden over omdat zij de eventuele leeshulp achterwege kunnen laten.

Jammer genoeg een negatief bericht over eindelijk weer eens een dekking. Aan de andere kant, er heeft tenminste een dekking plaatsgevonden. Volgende keer meer succes moeten we maar denken.
Maar waarom moeten er nou zoveel “deskundigen” vanuit het bestuur bij die dekking aanwezig zijn. Laten we eens naar de honden kijken. De teef zit bij een lid in Duitsland. De eigenaren van de reu wonen in Nederland. Volgens goed gebruik gaat de “teef naar de reu”, dus was bij die dekking aanwezig de eigenaresse van de teef en in ieder geval één van de eigenaren van de reu met eventueel één deskundige (!) vanuit het bestuur. Ik heb begrepen dat onze voorzitter aanwezig was. Als dat zo is, waarom moesten er dan nog twee bestuursleden aanwezig zijn. Ik heb altijd begrepen uit de berichten dat er juist zo min mogelijk mensen bij een eventuele dekking moeten zijn omdat dat een dekking alleen maar ten goede kan komen. Althans, als ik alle berichten uit het verleden goed begrepen heb, schijnt dat van belang te zijn voor de echte Saarlooswolfhond.
Dat die zogenaamde Saarlooswolfhonden van buiten onze vereniging desnoods midden op de tapkast van de buurtkroeg een dekking uitvoeren moet je als het andere uiterste beschouwen. Desondanks schijnen die honden minder last van deskundige toeschouwers en andere voyeurs te hebben.
In ieder geval hoop ik dat het betreffende stukje geen beletsel vormt voor de leden ook eens een keer hun teef ter beschikking te stellen.
Jammer genoeg heeft de teef niet opgenomen. Stel echter dat de teef wel drachtig zou zijn. Dan was weer bij de NVSWH een nestje buiten Nederland geboren. Weer een stapje lager op de trap van geloofwaardigheid.

Maar ook viel het avls wijkblaadje weer op de mat. Natuurlijk uitgebreid over dat outcross-nest, een klein stukje over Landleven 2014 en, hoe opmerkelijk, weer een interview met een echtpaar waarvan de vrouw al van vroeger bekend was met de Saarlooswolfhond. Nou ja, bekend. Mevrouw was een jaar of drie en de Saarlooswolfhond bestond officieel nog niet, maar een kniesoor die daar op let. Alleen, die naam van die hond die de vader van die mevrouw in huis haalde. Een mislukte blindengeleidehond, wie was de trainer? De dochter van? En het plan was die hond op te leiden tot politiehond. Een taak waarvan al vele tientallen jaren bekend was dat die honden daar absoluut niet voor deugden. Natuurlijk mislukte ook dit voornemen. Echter, de naam van die hond. Caro van de Kilstroom. Of de mevrouw uit dat interview heeft het destijds verkeerd verstaan of de interviewster heeft het niet goed begrepen. Feit is ook dat bij de samenstelling van dat wijkblaadje niet gekeken is naar de juistheid. Maar dat is over het algemeen niet vreemd bij wijkblaadjes. 
Er heeft volgens de kenners in die periode namelijk NOOIT een Caro van de Kilstroom rondgelopen. De enig bekende Caro v.d. Kilstroom, kijkt u de online-database van dhr. Frantz er maar op na, heeft geleefd eind jaren ’50 van de vorige eeuw. Dat heeft men trouwens geweten, want hij was betrokken bij zo’n 12 nesten. Vraag is dus, wie was deze in dat wijkblaadje genoemde Caro? Of was er, zoals gebruikelijk in die tijd, sprake van een hond met de roepnaam CARO, die vervolgens onder die naam verder geleefd heeft terwijl de echte naam verloren is gegaan. Vreemd dan dat de fokster dat niet gecorrigeerd heeft. Tenslotte is zij de dochter van en lid van het bestuur van dat clubje.
Gelukkig voor iedereen heeft ook nu weer de redactie besloten het nieuwe jaar goed te beginnen door een trap richting NVSWH te geven met de opmerking dat bij “de andere vereniging in Nederland allang geen puppen meer geboren worden”. Tja, je moet toch op één of andere manier je onbedwingbare wil tot samenwerking tot uiting laten komen. Of is het nog steeds de onbedwingbare wens van die grappenmaker uit Rotterdam de NVSWH de nek om te draaien.

Tot ons grote genoegen geeft deze man verderop in dat blaadje blijk van zijn kennis van genetica. Jammer dat hij nog steeds niet heeft ingezien dat zijn vereniging nou juist die club is die (papieren) raszuivere honden met ziekmakende genen vertegenwoordigt. Zijn wens te komen tot een hond met een kerngezonde genenmix is op sprookjes gebaseerd. Mogelijk dat hij regelmatig voor het slapen gaan voorgelezen wordt uit de “Sprookjes van Grimm”, “Hans Christian Andersen”, terwijl Baron von Münchhausen, u weet wel die man met die ontzettend grote duim, zijn idool is.
Niet één ras is namelijk vrij van erfelijke afwijkingen, dus ziekmakende genen. Ieder levend wezen heeft namelijk ziekmakende genen bij zich. Ook hijzelf heeft dat soort genen bij zich, maar hoeven dus ook niet tot uiting te komen. Het is alleen de vraag of en zo ja wanneer deze genen geactiveerd worden waardoor een ziekte zich kan manifesteren. Hij vergeet, uiteraard, voor het gemak ook dat bij de raszuivere populatie van de NVSWH nauwelijks sprake is van ziekmakende genen. Althans niet voor zover op dit moment bekend is. Bij PRA, welke vorm ook en een enkel geval van Epilepsie blijft het wel zo’n beetje. Dat is heel wat anders dan die meer dan 10 aandoeningen bij “zijn” populatie. Dat weet hij zelf ook wel, maar hij verkeert al jaren in de “ontkenningsfase” en ik vrees dat hij daar ook niet meer uitkomt.
Jammer genoeg heb ik me laten verleiden weer in herhaling te treden, maar in dit geval kon ik niet anders. Ja, niet over schrijven had ook een optie geweest.

Tenslotte is vanuit de Raad van Beheer duidelijkheid geschapen rond dat nest van Noura, waar ik vorige aflevering over schreef. De geschillencommissie heeft geoordeeld dat de Raad alsnog de stambomen aan de puppen uit dat nest diende uit te reiken. Je zou bijna zeggen, gerechtigheid. De Raad had in dit geval simpelweg bedacht dat voor dit nest andere regels golden, omdat de fokreglementen van de FCI, dus ook de Raad en die van de avls niet nageleefd werden en dat in dit geval dus een stamboom gelijk stond aan een gezondheidsverklaring. Fout gedacht natuurlijk en dat vond die commissie ook. Dit geeft natuurlijk wel te denken. Wat gebeurt in de toekomst wanneer weer een dergelijke dekking van een PRA Voorlopig Niet Vrije hond plaatsvindt, de eigenaar van de teef en/of de reu niet naar die ECVO-panel avond geweest is, er vervolgens puppen geboren worden waarvoor men stambomen aanvraagt. En dan niet alleen bij de Saarlooswolfhond, maar ieder willekeurig ras waarbij men niet aan de regels voldoet. Jammer genoeg in dit geval moeten we het doen met een brief van de Raad aan iemand die om tekst en uitleg vroeg. De uitspraak van de geschillencommissie is (nog steeds) niet op de site van de Raad terug te vinden.
Daarnaast bestaat de mogelijkheid dat de Geschillencommissie van mening is dat iemand die geen lid is van enige rasvereniging zich derhalve ook niet hoeft te houden aan het fokreglement van een dergelijke vereniging. Vooral niet wanneer keer op keer gebleken is dat de eigen leden van die betreffende vereniging geen sancties te vrezen hebben. Meten met twee maten heet zo iets. Een handelswijze die we allang niet meer vreemd vinden van, in dit geval, de avls.

Intussen werd ik ook getipt over een filmpje dat op een Belgische website over de Saarlooswolfhonden geplaatst is. Niets mis met dat filmpje en de geïnterviewden vertelden ook in alle eerlijkheid hoe het in elkaar steekt met de SWH. Alleen, ook nu blijft één sprookje  hardnekkig rondwaren. In alle ernst werd verteld dat direct na de Eerste Wereldoorlog Leendert Saarloos begon te fokken met een Duitse Herder van het oude type, ofwel een Oudduitse Herder. Waar komt dit vandaan? Het is volgens mij niet bekend wat voor type Duitse Herder Gerard was. Voor het gemak wordt vergeten dat dat ras in de loop der jaren ook sterk veranderd is. Bovendien is Gerard pas jaren later (ca. 1932) geboren. Niemand weet en dat is ook niet meer te achterhalen, welk type Duitse Herder Leendert gebruikte voor hij in het bezit kwam van Gerard. Niet zo min als dat iemand weet hoe die twee wolvinnetjes eruit zagen voordat de ontstaansgeschiedenis aanvangt met de eerst bekend Fleur, wolvin nummer drie dus. Althans volgens de papieren die Leendert heeft nagelaten. Wel is zo goed als zeker dat hij uitsluitend wolvinnen (plus 1 wolf) van het Europese type gebruikte. Dus ook het verhaaltje over een Timberwolf moet maar eens daadwerkelijk naar het rijk der fabelen verwezen worden. Daarnaast wordt in dat Belgische filmpje weer verteld dat Leendert een nieuw ras wilde creëren. Ook dat is niet juist. Het klopt dat hij de Duitse Herder teveel gedomesticeerd vond en dat de werkkwaliteiten van dat ras achteruit gegaan waren. Hij wilde dat aspect van de Duitse Herder verbeteren. Aan een nieuw ras dacht hij in het begin niet eens. Dat kwam pas later onder invloed van anderen die zijn creatie als interessant ras beschouwden. Dus laten we dat in de toekomst als over het ontstaan van het ras gesproken wordt maar eens achterwege.

We zullen voorts maar afwachten wat 2015 gaat brengen. De kynologie kennende zal dit met de nodige reuring gepaard gaan.

1 opmerking:

  1. Per email werd mij onlangs een kopie van pagina 9 uit het laatst verschenen clubblad, december 2014, toe gezonden. Mijn reactie op dit artikel is te lezen op de website http://www.saarlooswolfhonden.eu/
    onder :
    http://www.saarlooswolfhonden.eu/index.php/nieuws/90-geschiedschrijvers



    Diny Pielanen

    BeantwoordenVerwijderen